Kabinetsdelegatie in Groningen: 'Ongelofelijk belangrijk dat we recht doen'
Een kabinetsdelegatie van zes bewindslieden onder wie premier Rutte spreekt op dit moment met Groningse bestuurders over het toekomstperspectief van het aardbevingsgebied. Het gesprek vindt plaats in het provinciehuis in Groningen.
Naast de premier zijn ook staatssecretaris Vijlbrief en de ministers Bruins Slot, Adriaansens, De Jonge en Schouten aanwezig. Namens de regio schuiven onder anderen commissaris van de koning Paas en de Groningse burgemeester Schuiling aan. Ook voorzitter Remkes van het Nationaal Programma Groningen is bij het gesprek.
Twee maanden geleden oordeelde een parlementaire enquêtecommissie dat de jarenlange gaswinning rampzalig was voor de Groningers en dat Nederland een ereschuld aan Groningen heeft. Het gesprek in Groningen zal onder meer gaan over hoe het kabinet die ereschuld kan inlossen, aldus premier Rutte. Eerder zeiden Groningse bestuurders 30 miljard aan investeringen voor langere tijd te eisen.
Rutte zegt "vanavond nog geen grote aankondigingen te verwachten". Wel zei Rutte voor aanvang van het gesprek dat de Groningers hard zijn geraakt en zich in de steek gelaten voelen. Het is volgens hem "ongelofelijk belangrijk dat we recht doen".
Maar volgens commissaris van de koning Paas zijn de Groningse bestuurders en het kabinet nog "een eind van elkaar weg". De Groningse burgemeester spreekt van een "zoektocht" en een "puzzel" bij het inlossen van de ereschuld aan Groningen.
Puzzel
Naar verwachting komt het kabinet volgende maand met een reactie op de harde conclusies van de parlementaire enquêtecommissie. Die concludeerde onder meer dat de veiligheid van Groningers decennialang ondergeschikt was aan financiële en economische belangen bij de gaswinning, en er te weinig aandacht was voor de schade en angst die de aardbevingen veroorzaakten.
Staatssecretaris Vijlbrief van Mijnbouw, die al meerdere keren erkende dat de psychische gevolgen van de gaswinning lange tijd werden onderschat door Den Haag, zegt "te weten wat mensen willen" en ook te weten "wat wij bieden". Maar hij benadrukte dat het "geen vismarkt is". "Het gaat om sociale en mentale gezondheid van mensen en om economische perspectieven."