Naar Nederland als Syrisch aardbevingsslachtoffer? Vrijwel onmogelijk
Miral de Bruijne
redacteur Buitenland
Anna Mees
redacteur Online
Miral de Bruijne
redacteur Buitenland
Anna Mees
redacteur Online
Na de aardbevingen in Turkije en Syrië zouden de visumaanvragen van slachtoffers om korte tijd in Nederland "op adem te komen" bij familie met voorrang worden behandeld. Maar voor Syriërs blijkt het vrijwel onmogelijk om überhaupt een visum aan te vragen.
Lukt dat wel, dan worden die aanvragen geregeld afgewezen omdat het ministerie van Buitenlandse Zaken vreest dat de Syrische aanvragers misschien wel langer in Nederland zouden blijven. Ze kunnen hier namelijk asiel aanvragen, en de kans dat ze dat krijgen is groot omdat in hun land een burgeroorlog woedt.
"We hebben gezegd: laten we zorgen dat de mensen die deze verschrikkingen hebben meegemaakt, zo snel en goed mogelijk worden geholpen", reageert minister Hoekstra van Buitenlandse Zaken. "Het gaat veel sneller dan normaal. Maar we kunnen niet de lat zoals we die normaal gesproken hebben voor die visa, veranderen."
De Syriër Mahmoed Shouaib is nu een dik jaar in Nederland en heeft een verblijfsvergunning. Zijn vrouw en kinderen wonen in het door rebellen beheerste Idlib. Hun huis was al beschadigd door bombardementen van de regering-Assad en door de aardbeving is het nog gevaarlijker geworden, vertelt hij.
Shouaib wil graag dat zijn gezin naar Nederland komt. Maar om een visum bij de Nederlandse ambassade In Turkije aan te vragen, zijn paspoorten nodig. "Die moet je aanvragen in Assad-gebied. Maar mijn vrouw en haar vader worden daar gezocht."
Smokkelen
Een andere optie is in de Libanese hoofdstad Beiroet, waar aardbevingsslachtoffers terechtkunnen bij een bedrijf dat de aanvragen voor de Belgische overheid behandelt. Maar om bij de grens met Libanon te komen, moeten ze door Assad-gebied.
"Dan zou ik ze moeten laten smokkelen. Dat is heel gevaarlijk. Ze kunnen in regeringsgebied gepakt worden bij checkpoints. Als dat gebeurt, zal ik mijn vrouw en kinderen nooit meer terugzien. Maar er zit niets anders op. Ik hoop maar dat het goed gaat."
Want ook in Noordwest-Syrië is het gevaarlijk. "Elke week zijn er weer bombardementen. Waar kan je nog schuilen? In een tent loop je gevaar dat je wordt gebombardeerd. En in een huis loop je het gevaar dat je na een aardbeving onder het puin terechtkomt." Zelf kan Shouaib geen visum krijgen om tijdelijk terug te keren naar Syrië.
'Afwijzing met voorrang'
Emeritus hoogleraar Sociale Wetenschappen (UU) Trudie Knijn helpt bij Steunpunt Vluchtelingen De Bilt Syriërs uit aardbevingsgebied met hun aanvragen. Zij vindt het erop lijken dat Syriërs "systematisch worden afgewezen" omdat ze recht op asiel hebben. "Dan moet je niet zeggen dat mensen met voorrang worden behandeld. Dat wekt hoop en verwachting. Syriërs lijken nu met voorrang een afwijzing te krijgen."
Knijn heeft een klacht ingediend bij Buitenlandse Zaken. "Ik vind het tamelijk hypocriet om naar het publiek toe te doen voorkomen dat we álle slachtoffers tegemoetkomen door hun een tijdelijk verblijf bij hun familieleden in Nederland aan te bieden en dan juist degenen die ook al lijden aan de gevolgen van de oorlog in Syrië daarvan uit te sluiten."
Terugkeer aannemelijk?
Minister Hoekstra noemt de situatie waarin aardbevingsslachtoffers zitten verschrikkelijk. "Zeker voor mensen die al jaren oorlog achter de rug hebben, is het volstrekt oneerlijk. Maar de realiteit is dat we geen diplomatieke betrekkingen hebben met Damascus, dus we kunnen het daar ook niet zo eenvoudig maken als op plekken als Turkije, waar we extra punten hebben geopend."
Het ministerie toetst bij de aanvragen of het aannemelijk is dat aanvragers na een verblijf van negentig dagen weer terugkeren. Zo werd eerder de aanvraag van een Syrische vrouw van begin 20, die een verblijfsstatus heeft in Turkije en daar nu een zwervend bestaan leidt, afgewezen. Zij wilde bij haar ouders en broer in Nederland verblijven, vertelt Knijn. "Er bestaat redelijke twijfel over uw voornemen het grondgebied van de lidstaten vóór het verstrijken van het visum te verlaten", stond in de afwijzing.
Hoeveel mensen in zo'n situatie zitten, is niet bekend. Maar verschillende asieladvocaten en ook Vluchtelingenwerk kennen geen voorbeelden van toegekende aanvragen van Syriërs. "Er zijn heel veel mensen met hetzelfde verhaal", zegt Shouaib. "Ik ken geen aardbevingsslachtoffer dat een succesvolle aanvraag heeft kunnen doen."
Hij is op dit moment nog angstiger dan tijdens de bombardementen waarvoor hij vluchtte. "Ik ben bang voor wat mijn vrouw en kinderen kan overkomen. Toen ik nog in Syrië was, zat ik naast ze. Alles wat ons overkwam, daar gingen we samen doorheen, maar nu zit ik niet naast ze."