Rommelende reus Otterspeer 'kan wel janken', ijskoude Scheperkamp is 'echt wel blij!'
Onder druk wordt alles vloeibaar. "Behalve ik", zegt Europees kampioen Merijn Scheperkamp. Op het ijs, maar ook na de beslissende 1.000 meter op de EK sprint in Noorwegen bleef de 22-jarige schaatser zo koel als een kikker. Even verderop vecht de geknakte, 34-jarige Hein Otterspeer tegen de tranen.
Tweede op de 500 meter, tweede op de 1.000, eerste op de vijfhonderd en weer tweede op de duizend. Het was beslist een sensationele overwinning van Scheperkamp. Toch? "Misschien wel, ik weet niet. Het voelt in ieder geval wel heel goed."
Echt wel blij, hoor!
Neergeploft op een bankje naast het ijs, na een ereronde door het Vikingsschip in Hamar, doet Scheperkamp bijna emotieloos zijn verhaal.
"Nou, ik ben wel echt heel erg blij, hoor. Misschien uit ik het niet zo. Ik ben ook nog een beetje moe. Maar ja, dit is te gek." Nooit eerder won Scheperkamp een individuele titel. Nooit eerder had hij als klassementsleider zijn eerste plek moeten verdedigen, met nog een race te gaan.
Zijn concurrenten stonden allemaal op minder dan een seconde. Maar de op souplesse rijdende 'Frenkie', zoals zijn bijnaam luidt bij zijn ploeg Jumbo-Visma, kraakte niet. "Dit was een goede test voor de toekomst." O zo koel.
Stiekem had Otterspeer misschien ergens nog wel gehoopt op een stunt op die laatste 1.000 meter. Iedereen naar huis rijden op 'zijn' kilometer. Maar zijn wankeling op de tweede 500 meter, net als die op de eerste 500 meter, kon niet meer worden gerepareerd. Dat hoefde niemand Otterspeer na afloop te vertellen.
Na twee zilveren internationale sprintmedailles (EK in 2021 en WK in 2015) was Otterspeer na dag één van dit EK, toen hij aan de leiding ging, zo dicht bij zijn eerste internationale titel. Een etmaal later is hij tweede. Opnieuw. "Ik ga niet weer bij je lopen janken, maar ik zou het wel kunnen. Verdrietig, jammer."
Otterspeer is de krachtige rommelaar, een vriendelijke reus die zijn lange lijf doorgaans dubbelvouwt om zich met brute kracht door de bochten te wurmen. Als het lukt, gaat het razendhard. Als het hapert, komen de misperen. En komen de kussens akelig snel dichterbij. Het kostte hem al eerder titels en medailles. Net als blessureleed, overigens.
"Ik rijd altijd op het scherp van de snede. Dus als het misgaat, gaat het meteen mis. Ik hoef maar een fractie grip te missen en ja..." Otterspeer slikt de tranen even weg. "Kijk, je springt door zo'n bocht heen en op het moment dat je je balans een beetje kwijt bent, ga je met 60 kilometer per uur rechtdoor, in plaats van een bocht om."
"Het doet gewoon zeer", buigt Otterspeer het hoofd. "Het was heel realistisch geweest als ik hier had gewonnen, maar we hebben het niet gedaan. Drie goede afstanden en uiteindelijk één 500 waarop het bijna misging en dan glipt het kampioenschap zo door je handen."
'Terechte winnaar'
Sprintgoud gaat meestal naar de constantste rijder. "Je moet vier afstanden goed rijden", weet Scheperkamp. "Dat is mijn kracht geweest de afgelopen twee dagen. Ik heb elke afstand op het podium gestaan. Dan ben je ook wel de terechte winnaar, denk ik."
Vooral die eerste duizend meter, van vrijdag, is Scheperkamp goed bevallen. "Daar heb ik de schade beperkt gehouden ten opzichte van Hein. Dan zie je dat ik Hein onder druk kan zetten op zo'n 500. En dan maakt hij een klein foutje. Of een best wel grote fout. En dan kan ik hem naar mijn hand zetten."
Rustig blijven, je niet op laten jagen en in totaal drie sprintkilometers de concentratie vasthouden. Het klinkt zo eenvoudig, maar het tegendeel is waar.
"Het moet ook een beetje in je karakter zitten", denkt Scheperkamp. "Het is niet makkelijk als voor jou een snelle tijd gereden wordt. Dan móét je gewoon. Op een lange afstand kun je gewoon tellen, rondjes rijden, maar dit is volle bak. Echt een soort tunnelfocus, dat is extreem lastig. Maar ik ben blij dat het is gelukt."
Scheperkamps gedachten schoten nog wel even terug naar januari 2022, toen hij 0,01 seconde tekort kwam voor de Europese titel op de 500 meter. Dit goud maakt veel goed. "Het is een mooie revanche voor vorig jaar."