Oud-Kamervoorzitter Arib (PvdA) vertrekt uit Tweede Kamer na 'aanvallen op waardigheid'
Oud-Kamervoorzitter Khadija Arib verlaat de Tweede Kamer, kondigt ze aan op Twitter. Afgelopen week lekte via NRC uit dat het presidium Arib onderzocht voor grensoverschrijdend gedrag. Ze sprak direct al van een dolksteek door huidig Kamervoorzitter Bergkamp.
Arib zegt dat ze als volksvertegenwoordiger de afgelopen 24 jaar veel heeft meegemaakt, maar nog nooit zoveel als de afgelopen 48 uur. "Ik ben veel gewend, maar de (anonieme) dolkstoten van de laatste dagen hebben ertoe geleid dat ik niet langer wens aan te blijven als Kamerlid. Ik ben bereid veel te verdragen, maar ieder mens heeft zijn grens. Het betreft hier aanvallen op mijn waardigheid."
PvdA-fractievoorzitter Kuiken zegt dat ze "totaal overvallen" is door het besluit van Arib. "Het doet mij persoonlijk en de PvdA-fractie als geheel veel pijn", schrijft ze. De afgelopen dagen heeft de PvdA geprobeerd contact met Arib te krijgen, maar dat is niet gelukt, zegt een woordvoerder.
Onderzoek presidium
NRC onthulde woensdag het externe onderzoek naar Arib, voordat zij op de hoogte was van het voornemen van het presidium. Aanleiding waren twee anonieme brieven waarin ze werd beschuldigd van "machtsmisbruik" en een "schrikbewind". Arib reageerde meteen woedend en stelde dat de Kamervoorzitter en voorzitter van het presidium Vera Bergkamp, haar "voor de bus" heeft gegooid.
Arib gaf aan niet mee te werken aan het onderzoek. Ze sprak van een lastercampagne en een politieke afrekening. Bergkamp was volgens Arib sinds Aribs verkiezing tot voorzitter van de Tijdelijke commissie Corona, die de parlementaire enquête voorbereidt over het coronabeleid, actief op zoek naar klachten.
Bergkamp laat aan de NOS weten dat ze vanavond nog niet reageert op Arib. Morgen komt er een verklaring van het presidium van de Tweede Kamer, waar Bergkamp als Kamervoorzitter ook voorzitter van is.
In de brief waarin Arib haar vertrek aankondigt, bedankt ze de Kamerleden Leijten, Omtzigt, Marijnissen, Ouwehand, Van der Plas en Pouw-Verweij. Die drongen bij het presidium aan op opheldering over de kwestie, en stelden een ultimatum: uiterlijk maandag aanstaande om 13.00 moesten Bergkamp en het dagelijks bestuur van de Kamer duidelijkheid bieden.
Arib geeft in haar brief aan dat het haar zwaar is gevallen dat haar eigen fractiegenoten van de PvdA ontbraken onder die brief met het ultimatum. "Dat laatste heeft bijgedragen aan mijn besluit."
In haar reactie op Aribs vertrek, reageert fractievoorzitter Kuiken hierop. Ze zegt dat de fractie de brief aan Kamervoorzitter Bergkamp niet heeft ondertekend "omdat wij het sterker en zuiverder vonden als andere fracties dit aan de orde zouden stellen". "Wel hebben we aan Khadija en de ondertekenaars van de brief aangegeven de inhoud daarvan te ondersteunen."
Kuiken noemt het van groot belang dat dat de zaak tot op de bodem wordt uitgezocht. Ook wil ze dat er aangifte wordt gedaan van het lekken van vertrouwelijke informatie.
Voortijdig de Kamer verlaten
In haar tijd als Kamervoorzitter oordeelde Arib regelmatig hard over Kamerleden die voortijdig de Tweede Kamer verlieten voor een andere baan. Daar refereert ze ook aan in haar brief. "Ik heb altijd vastgehouden aan het principe dat een Kamerlid haar termijn dient af te maken. Je bent gekozen door de kiezer en met dat mandaat ga je heel zorgvuldig om", schrijft ze.
"Ik heb er dan ook nooit aan getwijfeld om door te gaan in de Kamer na de rampzalige nederlaag van de vorige Kamerverkiezingen of na de gang van zaken rondom de Kamervoorzitterschapsverkiezing. Die belofte kan ik niet langer waarmaken", besluit ze nu. "Het werk als volksvertegenwoordiger en voorzitter van de tijdelijke corona-enquête is mij door het disfunctioneren van het presidium simpelweg onmogelijk gemaakt."
Arib vraagt haar kiezers om begrip voor "het moeilijkste besluit uit mijn lange loopbaan". Ze zegt zich niet langer vrij en veilig te voelen en zegt dat ze haar werkzaamheden als volksvertegenwoordiger niet langer kan voortzetten.