Staatssecretaris en gemeente lijnrecht tegenover elkaar over gedwongen asielopvang

Staatssecretaris Van der Burg (Asiel) vindt dat het kabinet bij het passeren van de gemeente Tubbergen bij de vestiging van een asielzoekerscentrum heeft moeten "kiezen tussen hoofdpijn en buikpijn". Gisteren maakte het kabinet bekend dat het een vergunning wil verlenen voor het opvangen van asielzoekers in een hotel in Albergen, een dorp in de gemeente Tubbergen. De gemeente is daar fel op tegen en voelt zich overvallen door het besluit.

Van der Burg heeft voor dat laatste wel enig begrip. Volgens de VVD'er was opvangorganisatie COA al maanden in gesprek met het gemeentebestuur over de opvang van asielzoekers, maar zei de gemeente steeds nee. "Zij dachten daarmee dus dat het niet zou doorgaan, dus in die zin was de burgemeester gisteravond overvallen toen ik haar belde."

'Over de schutting kieperen'

Op een persconferentie herhaalde verantwoordelijk wethouder Bekhuis van Tubbergen - net als de staatssecretaris VVD-lid - vanmiddag haar onvrede over het kabinetsbesluit. "Ik ben heel erg boos, want ik vind dat je zo niet met mensen omgaat", zei Bekhuis. "Het geeft geen pas dat de staatssecretaris dit zomaar over de schutting kiepert." Volgens haar kijkt de gemeente naar mogelijkheden om "er wat tegen te doen".

Nooit eerder heeft een regering zonder gemeentelijke toestemming een vergunning toegekend voor de komst van een azc. Het bestuur van Tubbergen voelt zich gepasseerd. Maar de staatssecretaris stelt dat het niet anders kan, omdat de asielketen volledig verstopt zit. Van der Burg en minister De Jonge (Volkshuisvestiging en Ruimtelijke Ordening) zeiden vorige week al dat ze van plan waren gebruik te maken van dwang.

Van der Burg zegt dat hij liever had gezien dat het op basis van vrijwilligheid was gegaan. "Maar we vinden onvoldoende plekken om opvang te regelen in Nederland." Volgens hem was ingrijpen noodzakelijk. Het COA heeft het hotel in Albergen vrijdag gekocht.

'Verhoudingen uit balans'

De gemeente voelt zich ook overvallen omdat de locatie volgens wethouder Bekhuis op dit moment niet geschikt is voor asielopvang. Vier statushoudersgezinnen hebben tijdelijk opvang gekregen in het hotel. Maar de geplande 150 tot 300 asielzoekers, waar volgens het COA ruimte voor is, zijn er volgens Bekhuis te veel.

Ook deze twee bewoners vinden dat dat te veel mensen zijn:

"Daar komt bij dat het bij een dorp ligt met zo'n 3000 inwoners; dan zijn de verhoudingen uit balans. Het is niet dat wij onze verantwoordelijkheid niet willen nemen, want wij doen ook crisisnoodopvang voor statushouders en vangen mensen uit Oekraïne op." In de gesprekken met het COA is volgens de wethouder nooit over de eventuele komst van "een groot azc" gegaan.

Demonstratie tegen komst azc

Kort nadat het besluit van het kabinet gisteravond bekend was gemaakt, verzamelden zich tientallen mensen bij het hotel om te protesteren tegen de komst van het azc. Volgens de krant Tubantia vertrok de eigenaresse van het hotel onder politiebegeleiding.

Dit zijn beelden van het protest:

De staatssecretaris weersprak de kritiek dat asielzoekers vooral in dorpen buiten de Randstad worden geplaatst: "De provincie Utrecht en de gemeente Utrecht vangen zo ongeveer de meeste asielzoekers op, ook de andere grote steden doen heel veel." Volgens hem zijn er ook kleinere gemeenschappen die hun verantwoordelijkheid nemen, maar zijn er ook die niets doen.

Van der Burg zei dat het kabinet van plan is de komende tijd vaker plekken aan te wijzen waar asielzoekers moeten worden opgevangen, als gemeenten zich niet uit zichzelf melden.

Datum onduidelijk

De asielzoekers moeten in Albergen worden opgevangen in hotel 't Elshuys, waar volgens het COA ruimte kan worden gemaakt voor 150 tot 300 asielzoekers. Wanneer zij moeten worden opgevangen, is volgens de burgemeester onduidelijk. "Een heldere datum hebben wij nog niet gekregen."