Nieuwe natuurbranden uitgebroken in Griekenland, Slovenië en op Tenerife
Griekse brandweerlieden zijn voor de tweede dag op rij bezig met het bestrijden van een grote bosbrand op het eiland Lesbos. Maar in het westen van de regio Peloponnesos zijn nu ook verschillende branden uitgebroken. Vanwege het vuur moest een dorp worden geëvacueerd.
Op Lesbos zijn inwoners van het zuidelijk deel van het eiland opgeroepen om een veilig heenkomen te zoeken. Huizen en auto's zijn daar in vlammen op gegaan. Twee dorpen in de omgeving zijn geëvacueerd. In heel Griekenland zijn in 24 uur tijd 141 branden vastgesteld.
Ook de natuurbrand in en rond het nationaal park Dadia, in het noordoosten van Griekenland, heeft zich vandaag kunnen uitbreiden. Volgens de minister van Burgerbescherming ondervindt de brandweer hinder van de draaiende wind en het moeilijke terrein.
De rookontwikkeling op Lesbos was gisteren zo groot, dat ruimtesatellieten het konden vastleggen:
De komende dagen blijft het risico op natuurbranden groot. Tot zeker het einde van de week worden temperaturen van maximaal 40 graden verwacht.
In Spanje, waar afgelopen week tientallen branden woedden, lijkt de situatie zich te verbeteren Wel zijn er zorgen over een nieuwe natuurbrand op het Canarische eiland Tenerife.
De vlammen hebben ruim 2000 hectare natuur verwoest. Honderden inwoners van het noordelijk kustgebied zijn geëvacueerd. Volgens de regionale autoriteiten verloopt het bluswerk moeizaam, onder meer door de zeer hoge temperaturen.
Ook in Italië zijn enkele honderden mensen geëvacueerd vanwege het vuur. Dat gebeurde bij Gorizia, bij de grens met Slovenië. Zo'n 2000 brandweerlieden en vrijwilligers zijn daar bezig met het bestrijden van de vlammenzee. De bluswerkzaamheden worden bemoeilijkt door de aanwezigheid van achtergebleven explosieven uit de Eerste Wereldoorlog. Om die reden wordt vooral vanuit de lucht geblust.
