Gevluchte Oekraïense kinderen willen voetballen in Nederland, maar hoe dan?
Niet eerder had het Nederlandse amateurvoetbal met zo'n grote stroom gevluchte kinderen te maken als nu door de oorlog in Oekraïne.
Het papierwerk om hen lid te maken bij verenigingen is niet mals; inschrijvingen moeten vaak zelfs door de FIFA worden gecheckt. Voorlopig is het vooral een kwestie van improviseren om iedereen een plek te bieden.
Zo ook bij Swift uit Amsterdam-Zuid, waar voetbalvader Slava en de ervaren jeugdtrainer Cor het heft in handen hebben genomen en trainingen voor Oekraïense kinderen organiseren.
Terwijl vijftien Oekraïense jongetjes hun voetbalschoenen aantrekken, kijkt hun trainer Cor onder zijn bril door naar het stevige pak papieren dat hij vasthoudt.
De afgelopen twee weken moest hij aan de hand van deze A4'tjes in gesprek met Oekraïense moeders die hun zoontjes wilden laten meevoetballen bij Swift.
Dat verliep niet altijd even soepel. Het bleek in veel gevallen niet te doen alle informatie en documenten bij elkaar te krijgen. De verzoeken van sommige kinderen moesten zelfs door de FIFA worden gecheckt.
Een procedure waar niemand op zit te wachten. Deze net gevluchte moeders al helemaal niet.
Cor krijgt er soms even hoofdpijn van. Hij is blij als hij op een mooie zondagmiddag eindelijk het veld op kan, samen met deze jongetjes, net gevlucht vanuit alle delen van Oekraïne.
Volgens Cor zijn alle kinderen hier anders. Sommigen kwamen bij de eerste ontmoeting op hem afgerend om met behulp van Google Translate over hun oorlogservaringen te vertellen. Anderen hadden de angst nog in hun ogen staan en zeiden niets.
De veertienjarige Nazar hoort bij die eerste groep kinderen.
De training is net begonnen als Nazar opeens het veld afrent. Hij sprint in de richting van een man die naar de training staat te kijken.
"Are you a selector?", vraagt hij hem. Net als zijn teamgenoten droomt hij van meer.
Het blijkt niet het geval. Een tikje teleurgesteld voegt hij zich weer bij zijn landgenootjes, eist de bal op en pingelt langs een paar verdedigers.
Vader niet meer gezien
Nazar komt uit Brovary, een voorstad van Kiev waar al weken hevig wordt gevochten. Hij had in de nacht van de Russische inval de slaap nog maar net uit zijn ogen gewreven, of zijn vader had zijn tas met militaire uitrusting al gepakt.
Hij moest naar het front. Ze hebben elkaar sindsdien niet meer gezien.
Op dag vier van de oorlog belde zijn vader met een snelle mededeling: zijn gezin moest Oekraïne onmiddellijk ontvluchten.
Dat is drie weken geleden. Nu woont Nazar met zijn moeder en zijn zus bij kennissen in Amsterdam. Voetbal helpt hem de dagen door. Hij droomt van een professionele voetbalcarrière.
De allereerste aankopen van zijn moeder in Nederland waren een bal en een paar voetbalschoenen.
Daarmee voetbalde hij op het Museumplein, maar Nazar wilde gewoon bij een fatsoenlijke club spelen. En snel ook. Andere zaken, zoals een school vinden, waren van latere zorg.
Nazar en zijn zus maakten een lijst met daarop alle amateurclubs van Amsterdam. Een voor een belden ze de verenigingen af, maar een plek vinden bleek niet zo makkelijk.
Club via Telegram
Dat was Slava, een voetbalvader met een zoon bij Swift, ook opgevallen. Zelf emigreerde hij vier jaar geleden vanuit Kiev naar Nederland. Sinds eind februari vangt hij een Oekraïense moeder met haar twee kinderen op. Die verveelden zich te pletter.
Slava stapte naar Swift. Of de club niet wat kon regelen voor Oekraïense kinderen. Dat bleek op zich haalbaar, maar hoe moesten die bereikt worden?
Een bericht van Slava in de Telegram-groep 'Ukrainians in Holland' (4.000 leden) deed wonderen. Oekraïense vluchtelingen krijgen in die chat steun van hun landgenoten die al langer in Nederland zijn.
Slava had het antwoord op de veel gestelde vraag waar de kinderen konden voetballen.
Bang voor vertrek
Tijdens de training op het hoofdveld van Swift heeft Nazar het hoogste woord. Als Cor een oefening uitlegt, werpt hij zich op als vertaler. Dat hij hier de baas is, is ook niet zo gek: hij is de beste speler van het stel.
In Brovary speelde hij bij een semiprofessionele club. Kortgeleden mocht hij nog op proef komen bij Shakhtar Donetsk.
Voor Nazars nieuwe maatjes is het voetballen zelf iets minder belangrijk. Zij zijn vooral blij dat ze even weg zijn uit de zaaltjes of hotelkamers waar ze worden opgevangen. En dat ze even niet aan hun vaders aan het front hoeven te denken.
Ze vinden trainer Cor geweldig, vertellen ze. Die schreeuwt namelijk niet, in tegenstelling tot hun coaches en leraren in Oekraïne.
Sommige jongetjes maken zich zorgen. Hun doembeeld is dat er binnenkort een overheidsinstantie belt met de mededeling dat er ergens ver van Amsterdam woonruimte is gevonden.
Dan zijn ze hun voetbalmiddagen, hun nieuwe vriendjes en hun Amsterdamse trainer alweer kwijt.
Cor ziet ze graag blijven. "Wat mij betreft trekken we ze een Oekraïne-shirtje aan en gaan ze hier vanaf volgende week lekker in de competitie voetballen."