Kramer reëel voor laatste olympische vijf kilometer: 'Staar me er niet blind op'
Als Sven Kramer zondag aan zijn laatste olympische vijf kilometer uit zijn imposante loopbaan begint, weet de kampioen van 2010, 2014 en 2018 dat hij dit keer niet tot de favorieten voor de titel behoort.
"Natuurlijk zou het mooi zijn als ik podium rijd op de vijf kilometer, dat zou fantastisch zijn. Maar om nu te roepen: ik ga voor goud... Dat zou niet reëel zijn op basis van het voorseizoen", zegt Kramer drie dagen voor zijn rit.
Bert Maalderink sprak Kramer vlak na een training op de olympische baan in Peking. Bekijk het interview hieronder.
Met de oppermachtige Nils van der Poel en de sterke Patrick Roest en Jorrit Bergsma als voornaamste kanshebbers voor de medailles is het inderdaad niet aannemelijk dat Kramer in Peking zijn vierde olympische titel op de vijf kilometer zal veroveren.
Ook een podiumplaats wordt gezien de concurrentie een flinke uitdaging, weet Kramer: "Dat is ook zo, maar het blijven de Spelen. Als ik een goede dag heb dan kan het zeker, maar ik staar me er niet blind op."
Voor Kramer was de weg naar Peking er een met veel hobbels. In mei vorig jaar liet hij zich opereren aan zijn rug, waarna hij bij zijn eerste optreden in de wereldbeker in de B-groep op een ontluisterende negende plaats eindigde. Daarop besloot Kramer alles op het olympisch kwalificatietoernooi te zetten. Met succes.
In Thialf reed hij naar de derde tijd op de 5.000 meter, waarna de selectiecommissie besloot om de viervoudig olympisch kampioen ook aan te wijzen voor de ploegenachtervolging én de massastart.
Vanwege zijn matige internationale prestaties is Kramer zondag ingedeeld in de eerste helft van het schema, waardoor hij waarschijnlijk weinig zal hebben aan zijn tegenstander.
"Dat is niet ideaal, zeker niet", zegt hij. Maar erg druk maakt de ervaren Kramer zich er niet om. "Naar jezelf kijken is het belangrijkste. Ik moet zorgen dat ik twaalf goede ronden rijd, dan gaan we het zien."
Voor de training sprak Kramer ook lang met Ireen Wüst. Bekijk de reportage over de training van Kramer hieronder.
In Peking week Kramer donderdag op het ijs nauwelijks van de zijde van zijn ploeggenoten Patrick Roest, Marcel Bosker en reserve Beau Snellink. Met die mannen hoopt hij zijn imposante loopbaan op 15 februari te bekronen met zijn vijfde olympische medaille.
"Voor mij is het belangrijkste om te proberen om goud te halen met de ploegenachtervolging. En een goede vijf te rijden", vat Kramer zijn doelen voor de komende weken samen.
'Heb leukere Spelen meegemaakt'
Hoewel de 35-jarige schaatser met een koffer vol olympische ervaring naar Peking is afgereisd, is er ook voor hem veel anders in de Chinese bubbel. De sporters worden flink beperkt door de strenge coronaregels; Kramer heeft al wel even op de fiets gezeten, maar verder dan het olympisch dorp kwam hij niet.
"Je bewegingsvrijheid is natuurlijk behoorlijk beperkt. Zowel voor jullie (de media) als voor ons en de organisatie. Dat is jammer", aldus Kramer.
"Ik heb het wel naar mijn zin. Maar ik moet wel zeggen: het zijn mijn vijfde Spelen, ik heb wel eens leukere meegemaakt. Maargoed, dat zal voor iedereen zo zijn, we moeten roeien met de riemen die we hebben."
