De verdwenen kampioen, die al twintig jaar geen schaakstuk meer aanraakt
Jeroen Piket leek voorbestemd de wereldtop in het schaken te halen, maar verdween op jonge leeftijd plotseling van het toneel. De viervoudig Nederlands kampioen speelde sindsdien met het geld van miljardair Joop van Oosterom, wat natuurlijk ook wel wat strategie vereiste.
Die schaker kunnen we alles leren, dacht Van Oosterom, als sponsor actief in de sport. Piket liet zich omscholen tot vermogensbeheerder en raakte sindsdien geen schaakstuk meer aan. Hij was ineens family officer in Monaco.
Sigaren en boeken van Jan Hein Donner
"Ik had het schaakwereldje wel gezien", zegt de inmiddels 52-jarige Piket, nog in een heel andere tijd opgegroeid. "Als middelbare scholier rook ik de dag na een clubavond naar de rook, tegenover je zat vaak iemand urenlang pijp of sigaren te roken, op een meter afstand."
Computers werden nog niet gebruikt, dus de leergierige Piket las de boeken van grootmeester Jan Hein Donner.
"Vrouwen kunnen niet schaken, predikte hij. Ik weet nog dat ik dat op de middelbare school ook eens tegen mijn lerares Nederlands zei. Lekker generaliseren, dat vond ik mooi in die tijd. Maar de verhoudingen zijn in de loop der jaren rechtgetrokken. Kijk naar Eline Roebers, onze wereldkampioen bij de jeugd."
In de tijd van Piket werd dat wereldje nog strak geregeerd door mannen. Met een paar echte karikaturen, soms zelfs een tikkeltje verward. "Vasyl Ivantsjoek was zo'n prachtfiguur. Geen kwaad woord over hem, ik vind hem echt geniaal. Maar als je hem voor een pak melk op pad stuurt, heeft hij waarschijnlijk geen idee wat dat zou kosten."
Het schaken maakte Piket snel volwassen. Op zijn vijftiende debuteerde hij in de B-groep op het Hoogovenstoernooi, de voorloper van het huidige Tata Steel-toernooi. "Vanaf dat moment wist ik zeker dat ik profspeler wilde worden."
De sfeer in Wijk aan Zee tekent zich volgens Piket door de traditie en eenvoud, in de loop der jaren nooit veranderd. Hij vergelijkt de status zelfs met die van een tennistoernooi als Wimbledon. Van alle generaties deden de toppers graag mee. Van Karpov en Kasparov tot huidig wereldkampioen Magnus Carlsen.
Bijzondere prestatie
"Het ademt schaken", vindt Piket, van 1988 tot zijn afscheid in 2002 actief in de hoogste groep. "Jorden van Foreest heeft echt wat bijzonders gepresteerd door hier vorig jaar te winnen. Ik heb nog steeds wel contact met directeur Jeroen van den Berg en volg het toernooi op de voet, noodgedwongen online in deze tijd."
Nadat Van Oosterom was overleden, keerde Piket terug naar Nederland. Als adviseur is hij betrokken bij de schaakbond, maar de spelers zelf helpt hij hooguit nog met het beheer van hun prijzengeld.
Want zelf peinst hij er niet meer over om uren achter een bord te zitten. Zelfs als zijn generatiegenoot en goede schaakvriend Viswanathan Anand op bezoek komt, wordt er niet meer dan over de sport gepraat.
Trots overheerst
Waar Anand lang op het hoogste niveau doorspeelde en grote successen boekte met onder meer de FIDE-wereldtitel, bleef die eer voor Piket ver buiten bereik. Eventjes behoorde hij tot de mondiale toptien, maar desondanks overheerst de trots als hij terugblikt op zijn carrière.
"In 2000 heb ik nog een van de eerste grote online-toernooien gewonnen, georganiseerd door Kasparov. Hans Böhm heeft toen nog voor me geregeld dat ik bij een bedrijf met een goede internetverbinding terecht kon. Het netwerk haperde nog wel eens in die jaren, dan kon je zomaar uit zo'n toernooi worden geflikkerd."
En verliezen van een schaakcomputer, dat was in die tijd ook iets waar Piket echt van kon balen.
"Maar de mens tegen de machine, dat heeft uiteindelijk heel goed uitgepakt voor de sport. Kijk wat het heeft opgeleverd, de hele generatie van nu is ermee opgegroeid. Vroeger zaten ze met boeken op schoot, nu met een laptop. De toppers zijn steeds jonger en ook het imago van de sport is veranderd. Het oogt wat studentikozer."
Rol van betekenis
Een nieuwe Jan Timman liet lang op zich wachten, maar met Anish Giri (27) en Jorden van Foreest (22) kan Nederland volgens Piket eindelijk weer een rol van betekenis gaan spelen in de top.
"Mijn vrouw zegt weleens dat als ik net zo hard voor het schaken had gewerkt als nu voor mijn eigen zaak, ik ook een stuk verder was gekomen. Talent kan je ook wat luier maken. Ik heb het spelletje altijd met heel veel plezier gedaan, maar het wereldje was ook eentonig in een bepaald opzicht. Er zijn ook andere dingen in het leven."
Die eindzege in Wijk aan Zee kwam er niet. Net niet.
"In 1991 stond ik drie ronden voor het eind nog bovenaan. Zes jaar later had ik het toernooi moeten winnen, maar werd ik tweede", mijmert Piket. "Ik heb dus nooit dat plekje aan de muur gekregen bij alle winnaars."
De erwtensoep die gebruikelijk op de slotdag wordt geserveerd, heeft hem nooit echt lekker gesmaakt.