Openingsdag EK afstanden in teken van miscommunicatie, onrecht en een afvoerputje
Tijden, Europese titels en, bij hoge uitzondering, zelfs corona. Het waren bijzaken op de eerste dag van de EK afstanden in de opnieuw akelig lege schaatstempel Thialf. Het ging 27 dagen voor het ontsteken van het olympisch vuur in Peking over heel andere zaken. Over onrecht, miscommunicatie, verklaringen, koffie en een afvoerputje.
Dat Patrick Roest samen met zijn kompanen Sven Kramer en Marcel Bosker op de derde editie van het toernooi zegevierde in een baanrecord van 3.37,97, leek weinig meer dan een voetnoot in de rijke historie van het schaatsen.
Het ging eerst en vooral over de naweeën van de strijd die zich na het olympisch kwalificatietoernooi ontspon tussen Roest enerzijds en de bondscoach en technisch directeur van de KNSB anderzijds.
Bekijk hieronder de reactie van Sven Kramer, Marcel Bosker en Patrick Roest na de ploegenachtervolging.
Remy de Wit, technisch directeur van de KNSB, nam voor het eerste startschot in Heerenveen klonk ruim een half uur de tijd om publiekelijk "ruis van de lijn te halen", zoals hij het omschreef. Na het winnen van de gouden plak op de ploegenachtervolging nam ook bondscoach Jan Coopmans met aanvankelijk gepaste tegenzin een paar minuten vrij om de lucht te klaren.
Gesprek met Roest na EK
Praten met Roest, zo zei de bondscoach, gebeurt pas na de EK. "En ik ben niet bang dat het dan niet goed komt. Er zijn emoties die verwerkt moeten worden. Pas daarna kunnen we over tot de orde van de dag."
Dat Roest volgens hem "overstuur" was toen hem ter ore kwam dat hij op de Winterspelen van Peking niet op de 1.500 meter mocht starten, verraste hem niet.
"Het OKT was een slagveld", zei Coopmans. "Ik wil het woord 'trauma' niet in de mond nemen. Maar zo'n toernooi doet linksom of rechtsom verschrikkelijk veel pijn. Ook bij Roest. Hij is daarin alleen niet de enige. Nu wordt al die andere schaatsers tekortgedaan die een ticket hebben gemist, omdat het alleen over Roest gaat. En dat is zonde."
De bondscoach zei zich de laatste dagen vooral te hebben gestoord aan de toon van het publieke debat over de vraag of Bosker niet beter voor de massastart in plaats van de 1.500 meter had kunnen worden aangewezen, zoals Roest begin deze week in een verklaring had voorgesteld. Afgaande op de sociale media leek Coopmans plots een slordige zeventien miljoen collega's te hebben en dat zinde hem maar matig.
"Wat me steekt, is dat onderdelen als de ploegenachtervolging en de massastart als het afvoerputje van het schaatsen worden gezien. Iedereen komt met namen, zo van: die en die kunnen ook wel meedoen. Mensen die dat roepen, hebben alleen geen enkele notie van wat er wordt gevraagd om mee te doen om de prijzen."
Geen spijt
De man die misschien bijna als geen ander wel degelijk recht van spreken had in dezen, Roest dus, bleef vrijdag in de catacomben van Thialf desgevraagd nog altijd achter zijn woorden staan.
"Zulke uitspraken doen, is niet helemaal mijn ding. Het voelde niet lekker, maar was wel hard nodig. Als je ermee rond blijft lopen, gaat het alleen maar aan je knagen."
Nee, hij had er geen seconde spijt van dat hij eindelijk eens zijn tanden had laten zien. "Het is goed geweest om te laten zien hoe ik me voel. Al wist ik vanaf het eerste moment dat ik niets meer aan de situatie kon veranderen."
Bekijk hieronder de reactie van Patrick Roest, voorafgaand aan de EK afstanden.
Het getuigde, zo herhaalde hij nog maar eens, van weinig respect voor een schaatser van zijn statuur dat hij nota bene tijdens een krachttraining van zijn ploeggenoten moest horen dat niet hij, maar Bosker in Peking start op de 1.500 meter. Liever had hij zijn teamgenoot zien starten op de massastart, zodat hij zelf in China kon aantreden op de 1.500 meter.
"Ik voel me vooral gepasseerd", klonk hij voor zijn doen nog altijd ferm. "Dit is onrecht, de hele situatie komt gewoon heel raar over. Ik zat midden in de discussie, maar stond er tegelijkertijd ook weer buiten."
Dat De Wit zich verdedigde met het argument dat hij slechts schaatsers persoonlijk had ingelicht voor wie de situatie na het OKT "wezenlijk was veranderd" en toezegde op korte termijn met Roest een kop koffie te gaan drinken, deed niets af aan de onvrede van de schaatser. Hij had er zo zijn redenen voor om nogmaals zijn gal te spuwen.
"Je kunt je wel stilhouden, maar dan blijft het aan je kleven richting de Olympische Spelen", aldus Roest. "Zo erg als na het OKT is mijn woede niet meer. Ik heb het een plekje kunnen geven. Toch spelen er nog altijd vragen door mijn hoofd. En dat maakt het lastig om deze kwestie te vergeten."
Therapeutisch
Roest was in ieder geval wel blij dat hij was teruggekomen op zijn aanvankelijke voornemen om uit protest niet van start te gaan op de ploegenachtervolging. Dat werd mede ingegeven door het feit dat de KNSB had verzuimd een reserve aan te melden voor het aflossingsnummer.
"Ik wilde aanvankelijk een statement maken richting bond en bondscoach", aldus Roest. "Doordat duidelijk werd dat Marcel en Sven in dat geval niet zouden kunnen starten, ben ik op dat voornemen teruggekomen. Dan tref ik niet de KNSB, maar mijn ploeggenoten. En dat is niet netjes."
Schaatsen, zo leerde de ouverture van de driedaagse bovendien, bleek voor Roest eens te meer een bezigheid van hoog therapeutisch gehalte. "Als je een week lang stress hebt gehad, is het heerlijk om eindelijk weer eens een wedstrijdje te rijden. Vooral wanneer het zo hard gaat als vandaag."