Hiphop van Nederlandse bodem gaat dik
Nederlandse hiphop heeft zich het afgelopen jaar gemanifesteerd als mainstream muziekgenre. Begin december kwam streamingdienst Spotify met een jaaroverzicht; maar liefst vier rappers van eigen bodem stonden in de top 5 van meest beluisterde artiesten in Nederland. Hiphop maakt dus de dienst uit - en dat zien we steeds vaker terug in onze samenleving. In 2022 zal dat niet minder worden, is de verwachting.
Een van de opvallendste trends rond hiphopartiesten van het afgelopen jaar was de move naar onafhankelijkheid; steeds meer hiphoppers zijn voor zichzelf begonnen. Ze staan dan niet meer een percentage van hun gage af aan platenlabels, maar pakken zelf alle saaf. Een trend die volgens muziekjournalist Saul van Stapele goed te verklaren is. "Het is logisch, want je kunt steeds meer zelf doen als artiest. Daarnaast hebben beginnende artiesten veel voorbeeldfiguren die het financieel ook goed hebben. Het is daarom aantrekkelijk om voor jezelf te beginnen."
S10 naar Songfestival
Ook vrouwen gaan hard in de hiphopwereld. Stien den Hollander, bekend als S10, is in Nederland al een bekende hiphopartiest. Volgend jaar maakt ze haar opwachting op het internationale podium, als ze Nederland vertegenwoordigt op het Eurovisie Songfestival in Turijn.
"Je ziet steeds meer vrouwen en dat zal in 2022 ook doorzetten", verwacht Van Stapele. "Ook internationale samenwerking met buitenlandse artiesten gaat nog vaker plaatsvinden, Nederlandse producers maken écht goede beats en staan soms zelfs op Grammy-genomineerde platen."
Artiest en presentator Rotjoch en taalonderzoeker Aafje de Roest hebben zo hun eigen kijk op het succes van het genre. Check de video:
Neerlandica en letterkundige Aafje de Roest, die promoveert op hedendaagse Nederlandse hiphop, zegt dat de populariteit van hiphop invloed heeft op de manier waarop we met elkaar communiceren en hoe we eruit zien. "Het is echt een jongerencultuur met een eigen taal, dus veel ouderen snappen die woorden niet direct." Neem het eerdergenoemde woord saaf; dat is straattaal voor geld.
Volgens De Roest nemen jongeren die nog nooit in het Amsterdamse stadsdeel Zuidoost zijn geweest, waar veel beginnende artiesten vandaan komen, het taalgebruik en de mode van de wijk over dankzij de muziek. "Heel veel jongeren dragen kleding van hiphopmerken die hun oorsprong hebben in Zuidoost. Neem bijvoorbeeld de merchandise van het hiphopcollectief SMIB. Die kleding wordt door jongeren in het hele land gedragen."
En het is misschien niet altijd direct zichtbaar, maar veel uiterlijke uitingen komen voort uit de hiphopcultuur, zegt De Roest. "Denk aan streetwear zoals sneakers, grote oorbellen en lossere kleding. Dat is allemaal door hiphop geïnspireerd."
Jongeren zijn over het algemeen ook passievol als het aankomt op dit soort kleding, zegt ze; in de rij staan voor een paar schoenen is heel normaal geworden. "Laatst bracht een merk een sneaker uit en toen stonden jongeren gewoon te bivakkeren voor de winkel. Het is heel vet om te zien wat mensen ervoor overhebben."
Van fittie tot modebladen
De invloeden van hiphop reiken soms verder dan alleen de jongerencultuur. "Woorden die door hiphop populair zijn geworden zoals fittie zijn gewoon door de NOS gebruikt toen het over een verschil tussen Rutte en Kaag ging." Het zijn fascinerende processen, vindt De Roest. "Jongeren en artiesten creëren een plek met hun eigen culturele product, waarin ze verhalen kunnen vertellen over wie ze zijn. Er worden in de hiphopscene maatschappelijke visies uitgewisseld en het is een artistieke reflectie van de maatschappij."
Doordat hiphop steeds meer mainstream wordt, zie je hiphopartiesten ook vaker terug in andere vormen van cultuur, bijvoorbeeld als model voor grote merken of als acteurs in populaire tv-series. Zo heeft Joost Dowib, ook wel bekend als Josylvio, een samenwerkingsverband met kledingmerk H&M. Khalid Alterch, bekend als rapper ICE, heeft zijn naam gevestigd als acteur in de populaire serie Mocro Maffia.
Het oude rebelse karakter van de hiphop is er nog steeds, zegt De Roest. "Dat verdwijnt niet, maar traditionele instituties omarmen de artiesten."
