Extra onderwijsgeld zou naar meer personeel moeten, maar dat is niet te vinden
Scholen ontvangen komend schooljaar miljarden extra om de achterstanden in te lopen die door de coronacrisis zijn ontstaan. Maar vooral door het personeelstekort is het onmogelijk om het geld doelmatig en effectief uit te geven. Daarvoor waarschuwt de PO-Raad, de organisatie voor het primair onderwijs, na een peiling onder schoolbesturen.
Het geld komt uit het NPO, het Nationaal Programma Onderwijs, dat is opgericht voor herstel en ontwikkeling van het onderwijs tijdens en na corona. Voor het komend schooljaar krijgen alle scholen in het primair en voortgezet onderwijs per leerling een aanvullend bedrag. Er is extra geld voor scholen met veel leerlingen met risico op een leerachterstand.
Voorzitter Freddy Weima van de PO-Raad zegt in het NOS Radio 1 Journaal dat scholen vooral behoefte hebben aan extra personeel. Uit de enquête, waarop 159 van de 600 schoolbesturen reageerden, blijkt dat dat de wens is van 80 procent van de scholen. Maar het is moeilijk om mensen te vinden. "Nu er middelen zijn om meer personeel aan te nemen loop je extra aan tegen het leraren- en schoolleiderstekort."
Voor het hele onderwijs is 8,5 miljard euro beschikbaar voor de komende twee jaar. Ruim 5 miljard daarvan is voor het primair en voortgezet onderwijs. Geld dat zeer welkom is, zegt Weima, maar er is daarnaast ook tijd en capaciteit nodig. "Je kunt misschien met een grote zak geld en beperkte tijd de achterstanden inlopen die door corona zijn ontstaan, maar de problemen in het funderend en primair onderwijs zijn structureel."
Problemen uitvergroot door corona
Weima wijst op het lerarentekort, maar ook op de prestaties van leerlingen, zoals de leesvaardigheid, en op de toenemende kansenongelijkheid. "Eigenlijk heb je door corona gezien dat de bestaande problemen in het onderwijs nog zijn uitvergroot. Je hebt dus structurele investeringen nodig om structurele problemen op te lossen."
Daarnaast wil hij aandacht voor de lerarensalarissen - leraren in het primair onderwijs verdienen veel minder dan leraren in het voortgezet onderwijs die ongeveer hetzelfde werk doen - en voor de aanpak van verouderde gebouwen, los van de aandacht voor ventilatie naar aanleiding van corona, want de leeromgeving heeft ook invloed op de kwaliteit van het onderwijs.
Uit de enquête blijkt ook dat scholen meer tijd nodig hebben om het geld doelmatig uit te geven en om leerlingen die vertraging hebben opgelopen door corona te ondersteunen. Schoolbesturen zijn bang voor een boemerangeffect als ze het geld niet binnen de gestelde twee jaar uitgeven. Dan stijgen de reserves en daardoor komen er geen extra middelen meer vrij. Zo wordt de kansenongelijkheid vergroot door het Nationaal Onderwijs Programma, vrezen ze.