SER: kwaliteit onderwijs onvoldoende, corona vergroot kansenongelijkheid
Het onderwijssysteem in Nederland verkleint de kansenongelijkheid onder kinderen niet, maar vergroot die juist. Dat stelt de Sociaal-Economische Raad (SER) in een advies aan het kabinet.
De coronacrisis heeft de kansenongelijkheid nog verder vergroot, betoogt de belangrijkste adviesraad van de overheid op het gebied van sociale vraagstukken. Kinderen uit gezinnen met een lagere sociaal-economische achtergrond hebben minder vaak een "stimulerende en faciliterende thuisomgeving". Ze ondervinden daardoor relatief meer negatieve gevolgen van de schoolsluitingen, stelt het adviesorgaan dat bestaat uit ondernemers, werknemers en onafhankelijke deskundigen.
In het rapport staan aanbevelingen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Want die kwaliteit is nu onvoldoende, stelt de SER. Als voorbeelden worden genoemd het lerarentekort, volle klassen, hoge werkdruk en de dalende prestaties van leerlingen op het gebied van taal en rekenen.
'In ieders belang'
Kansengelijkheid in het onderwijs is "in ieders belang", zegt Steven van Eijck, kroonlid van de SER. "Het is fijn om je talenten te benutten, te doen waar je goed in bent en je verder te ontwikkelen. En dat is ook gewoon goed voor onze samenleving: zo kan iedereen meedoen."
De Onderwijsraad bracht vorig jaar een soortgelijk advies uit: Het Nederlandse onderwijs heeft gerichte investeringen nodig om te voorkomen dat het door de gevolgen van de pandemie "van de rails raakt", schreef het adviesorgaan. Ongelijke kansen in het onderwijs waren voor de coronacrisis al problematisch. Maar die verschillen zijn nu groter geworden, zei de Onderwijsraad.
Vroege selectie vergroot kansenongelijkheid
Een van de oorzaken van de kansenongelijkheid is het vroege selecteren van leerlingen, zegt de SER. De organisatie pleit daarom voor bredere brugklassen, waarna kinderen pas op latere leeftijd worden verdeeld over vmbo, havo en vwo.
De roep om een latere selectie is niet nieuw. Vorig jaar adviseerden meerdere organisaties, waaronder het LAKS, CNV Onderwijs, de VO-raad en de MBO Raad, om kinderen pas in het derde jaar van de middelbare school een definitief advies te geven, in plaats van in groep 8 van de basisschool. Dat zou volgens de organisatie voor meer kansengelijkheid en voor minder stressgerelateerde klachten onder kinderen zorgen.