'Eindelijk expliciet aandacht, maar ook gemiste kansen' bij slavernijtentoonstelling
Carmen Dorlo
redacteur Online
Carmen Dorlo
redacteur Online
De tentoonstelling over het Nederlandse slavernijverleden in het Rijksmuseum in Amsterdam is geopend door koning Willem-Alexander. Mede-oprichter van cultuurhistorische organisatie The Black Archives Mitchell Esajas is enthousiast. Maar hij en kunstenaar, activist en BIJ1-kandidaat Quinsy Gario zeggen dat er meer structurele veranderingen in Nederland nodig zijn.
Gario vindt de tentoonstelling interessant, maar hij zou liever iets anders zien. "Het is nu tien jaar geleden dat het Nationaal Instituut voor Nederlands Slavernijverleden en Erfenis is geschrapt van de Rijksbegroting. Rutte wilde dat instituut niet redden. Als dat niet was gebeurd, zouden we structurele tentoonstellingen kunnen hebben over het slavernijverleden, maar we kiezen voor incidentele acties."
De opening van de tentoonstelling doet Gario denken aan 2013. Dat was het jaar waarin het precies 150 jaar geleden was dat slavernij in Nederland en de toenmalige koloniën werd afgeschaft. "In dit jaar werd ook met extra incidentele evenementen hierbij stilgestaan, maar wie weet dat nu nog?"
'Eerste keer zo expliciet'
Maar ook incidentele acties zijn welkom, zegt Esajas. "Het viel me altijd op wanneer ik het Rijksmuseum bezocht dat ik echt moest zoeken om een hoekje te vinden over dit onderwerp. Deze tentoonstelling is de eerste keer dat er zo expliciet aandacht wordt gegeven aan het slavernijverleden. Dat werd tijd; heel goed dat het nu eindelijk gebeurt. Ik vraag me wel af wat er na de expositie gebeurt, verdwijnt deze informatie dan of krijgt de slavernij permanent prominent aandacht in het museum?"
In deze video laten conservatoren zien wat het kunstwerk 'La Bouche du Roi' van de Beninse kunstenaar Romuald Hazoumé, bijzonder maakt:
De tentoonstelling vertelt tien persoonlijke verhalen vanuit verschillende perspectieven om 250 jaar slavernijgeschiedenis tot leven te brengen. Het gaat om waargebeurde verhalen van mensen die destijds tot slaaf werden gemaakt. Ook is er aandacht voor de mensen die tegen de slavernij in opstand kwamen, maar ook voor de plantagehouders en regenten. De slavernij in Suriname, het Caribisch gebied, Brazilië, Azië en Zuid-Afrika komt aan bod.
Esajas wijst op het gevaar van deze vorm, iets wat hij ook al aan het Amsterdamse museum heeft laten weten. "Het is belangrijk dat het slavernijverleden niet wordt geïndividualiseerd. Het is goed dat mensen een gezicht krijgen, maar het moet duidelijk blijven dat om die persoonlijke verhalen heen een economisch systeem zat waarin men uit was op winst en slaven gebruikte als productiemiddel. Op globale schaal. Honderden jaren lang."
Dubbel
Beide mannen hebben gemengde gevoelens bij de opening, die veel aandacht kreeg onder meer omdat koning Willem-Alexander aanwezig was. Esajas: "Het is goed dat zoveel mogelijk mensen dit zien, ook mensen die niet op dagelijkse basis bezig zijn met dit onderwerp. Maar naast de koning miste ik wel iemand uit de gemeenschap van de voormalige kolonies."
De koning kreeg ook een rondleiding door het museum:
Volgens Gario verandert zo'n opening niet de structurele manier waarop er omgegaan wordt met mensen met een zwarte huidskleur. "Vandaag heeft de staatssecretaris de coronaliquiditeitssteun voor Sint-Maarten weer gestopt, tegen de afspraken in. Het kernprincipe van waardigheid en medemenselijkheid wordt tot op de dag van vandaag niet nageleefd."
De tentoonstelling is volgens hem wel een goed vertrekpunt om dit te veranderen. Zo noemt hij het positief dat door de tentoonstelling in ieder geval intern gesprekken over het slavernijverleden zijn geïnitieerd. "Dat is goed. Maar ik wil wel de gevolgen van deze gesprekken terugzien in andere tentoonstellingen."
Gario en Esajas vinden ook dat er kansen gemist zijn bij de presentatie van de tentoonstelling. "Kijk bijvoorbeeld naar de talkshow die vanuit de tentoonstelling georganiseerd wordt. Waar zijn de vrouwen? De non-binaire mensen? De echte veranderingen ga je pas zien als je ook je team inclusiever en diverser maakt", zegt Gario. Daar is Esajas het mee eens. "Dat is echt een gemiste kans."