Raad van State: Nederland kan Marokkaanse vreemdelingen niet vasthouden
Marokkaanse vreemdelingen kunnen niet meer worden vastgehouden terwijl zij wachten op uitzetting naar Marokko. Er is op dit moment geen zicht op uitzetting naar dat land binnen een redelijke termijn, terwijl dat wel een voorwaarde is voor detentie, oordeelde de Raad van State in drie zaken.
De uitspraak volgde op een hoger beroep van drie Marokkaanse mannen tegen een besluit van staatssecretaris Ankie Broekers-Knol van Justitie en Veiligheid van eind 2020 om hen in bewaring te stellen. Dat deed de staatssecretaris om er zeker van te zijn dat ze naar Marokko konden worden uitgezet.
Uitzetting
Maar voor er sprake is van uitzetting, moeten ze eerst een tijdelijk reisdocument krijgen van de Marokkaanse autoriteiten. Marokko heeft al sinds 2020 niet meer zo'n zogenoemd laissez-passer afgegeven.
Een van de mannen zou al sinds 2008 op het reisdocument van de Marokkaanse autoriteiten wachten. De staatssecretaris heeft al meerdere keren navraag gedaan, maar dat leidde niet tot afgifte.
Omdat de staatssecretaris niet weet wanneer de situatie verbetert, oordeelde de hoogste bestuursrechter dat er voor de drie Marokkanen geen zicht is op uitzetting naar Marokko binnen een redelijke termijn. Ze moeten dus per direct worden vrijgelaten.
Detentiecentrum
Justitie zegt zich daaraan te houden. De betekent dat de deuren van het detentiecentrum worden opengezet en de mannen zelf mogen kiezen waar ze naartoe gaan, stelt een woordvoerder van justitie.
Deze drie mannen, zonder paspoort, werkten niet mee aan hun uitzetting. Ook andere vreemdelingen in dezelfde situatie kunnen hun voordeel doen met het oordeel van de raad van State. Er zitten zo'n tachtig vreemdelingen met de Marokkaanse nationaliteit in vreemdelingenbewaring. Justitie zoekt uit of zij nu ook moeten worden vrijgelaten.
Of het oordeel gevolgen heeft voor vreemdelingen uit andere landen dan Marokko, is onbekend.