In de Clásica de Almería maakte Mark Cavendish zijn rentree als renner van Deceuninck-Quickstep.
NOS Wielrennen

Cavendish is eigen tranen vergeten: 'Trots om ploeggenoot van Jakobsen te zijn'

  • Arthur Huizinga

  • Arthur Huizinga

Ergens op het asfalt in Wevelgem ligt nog een plasje tranen van de wereldkampioen. Ontroostbaar was hij, als een kind dat zijn laatste snoepje versnoept had.

De beste sprinter van zijn generatie, goed voor 30 ritzeges in de Tour de France, was vanuit de start in Gent meegeschoven in de vlucht van de dag. Zijn medevluchters, luisterend naar namen als Gilles De Wilde, Kenny Molly en Julien Morice, wisten ook niet wat ze met hem aan moesten. "Mark Cavendish, what the f*** doe jij hier?"

De vlucht van de dag zou de televisie-uitzending nèt halen. Maar nog voor de echte finale van Gent-Wevelgem zou losbarsten, was Cavendish ingelopen. En gelost.

Mark Cavendish in de vroege vlucht tijdens Gent-Wevelgem van 2020.

Mads Pedersen zou de herfstversie van Gent-Wevelgem winnen in een sprint van een elitegroepje. Het journaille stortte zich op het gebakkelei tussen Mathieu van der Poel en Wout Van Aert, die elkaar die dag lieten verliezen. De messen voor de Ronde van Vlaanderen werden geslepen. Slechts een enkeling zag Cavendish over de streep rollen.

Maar het is wel Cavendish, hè. De wereldkampioen van Kopenhagen in 2011. Milaan-Sanremo in 2009. Scheldeprijs, drie keer. Kuurne, twee keer. Goed voor 45 sprintzeges in de drie grote ronden.

Een vraag had hij niet eens nodig. "Dit is misschien wel mijn laatste race als prof", snotterde hij in de camera. "Is het waar?", vroeg de verbouwereerde interviewer. "Misschien wel, ja."

Emotionele Cavendish in tranen na Gent-Wevelgem: 'Misschien wel mijn laatste race'

Drie dagen later zat hij weer bij de vroege vluchters in de Scheldeprijs, onder de waaghalzen van het peloton ook wel het officieuze WK voor sprinters genoemd. Cav werd 143ste.

De Driedaagse Brugge-De Panne, in het coronajaar 2020 gereduceerd tot eendaagse koers, stapte hij halverwege in de auto. Een groot kampioen nam afscheid in stilte. Zo leek het.

Terug op het oude nest

Niet dus. In de late herfst - of misschien wel de winter, van zijn carrière - maakte de 35-jarige Cavendish gewoon nog even de overstap naar de beste ploeg van de wereld.

"Plezier hebben in de koers is voor iedereen belangrijk, als je een lange loopbaan wil hebben", vertelt de topsprinter van weleer. "De stijl van koersen is misschien veranderd, maar de belangen zijn nog hetzelfde. Ik hou van fietsen en voor mij is er geen betere plek om dat te doen dan hier bij Deceuninck-QuickStep."

Het was een buitenkans. Patrick Lefevere, de ploegbaas van de sterrenformatie, staat erom bekend dat hij zijn renners nooit een seizoen te lang onder contract houdt. Maar het is ook een man met een groot hart en loyaliteit naar de renners die hem successen brachten.

Dat Cavendish - wiens laatste zege vandaag op de kop af 1.119 dagen geleden was - zijn contract grotendeels zelf bekostigde met persoonlijke sponsoren, gaf de doorslag.

Cavendish terug bij ploeg waarvoor hij 44 sprintzeges boekte: Quick-Step

Cavendish zit in de auto als we hem spreken. Hij begon zijn seizoen met een 94ste plaats in de Clásica de Almería. Dinsdag gaat hij voor het eerst van start in Le Samyn, een bescheiden koers in Henegouwen tegen de grens van Frankrijk. En dus moest Cav nog een coronatest laten doen.

"Er zijn nog maar vijf renners over van toen. Maar in de kern is de ploeg nog steeds hetzelfde. Ik zal niet proberen om het wiel opnieuw uit te vinden, maar ben van plan om gewoon te koersen. Ik wil vooral plezier hebben in het koersen en proberen om als team als eerste over de streep te komen. En verder wil ik lol hebben."

'Trots om ploeggenoot van Jakobsen te zijn'

De status van de jaren 2013 tot 2016, toen hij 44 sprintzeges boekte, heeft hij niet meer. Met Sam Bennett, Davide Ballerini en Álvaro Hodeg is hij zelfs niet de eerste keus als het aankomt op sprinten. En dan is er ook nog de hoop dat Fabio Jakobsen terugkeert.

Cavendish trainde deze winter met Jakobsen in Spanje. Op Instagram deelde hij een foto. In het bijschrift schreef hij onder meer: "Ga kijken hoe dit joch de wereld weer zal veroveren. Hier gaat een film over gemaakt worden."

Mark Cavendish en Fabio Jakobsen tijdens het trainingskamp in januari in het Spaanse Altea.

Ook nu beginnen zijn ogen te glimmen als hij over Jakobsen praat. "Als je ziet hoe hard hij deze winter gewerkt heeft, dan ben ik pretty confident dat hij terugkomt op het hoogste niveau. Het is schitterend om zijn inzet en toewijding te zien. Ik ben heel trots om zijn ploeggenoot te zijn."

In Le Samyn, een relatief onbekend pareltje op de wielerkalender, is de Fransman Florian Sénéchal de aangewezen pion. Hij was de man die zich als eerste ontfermde over de gevallen Jakobsen, hield zijn hoofd van de grond en redde zo misschien wel het leven van de Nederlander.

Vanwege de kasseistroken, heuveltjes en smalle weggetjes wordt het ook wel een kleine Parijs-Roubaix genoemd. "In Parijs-Roubaix liggen de kasseien nog een stuk slechter", relativeert Sénéchal.

De rappe Fransman kan het weten. In 2019 was hij de sterkste na een fraai gevecht met tweevoudig winnaar Niki Terpstra en Lars Boom. Dit jaar moet hij naast Terpstra ook rekening houden met een andere Nederlander.

Mathieu van der Poel besloot na zijn monsterontsnapping in Kuurne-Brussel-Kuurne namelijk nog wat koerskilometers te maken voor de Strade Bianche van zondag.

Florian Sénéchal proost met Aimé De Gendt (links) en Niki Terpstra (rechts) na Le Samyn 2019.

"Mathieu is de beste wielrenner van de wereld", verzucht Sénéchal. "Als je gezien hebt wat hij zondag (in Kuurne-Brussel-Kuurne, red.) deed, dan maakt dat wel indruk. Petje af."

Hoe moet je Van der Poel kloppen? De sleutel ligt misschien wel in de tactiek waarmee hij zelf twee jaar geleden won. "Wij hebben meerdere kaarten om mee te spelen. Misschien lukt het iemand vooruit sturen, waardoor Van der Poel in zijn eentje in de achtervolging moet. Zoals Niki Terpstra twee jaar geleden."

Stel nou dat Van der Poel dinsdag besluit om op 85 kilometer van de finish te demarreren. Springt Cavendish dan in zijn wiel? "Misschien moet je wel een beetje outside the box denken", lacht Cavendish. "Met z'n allen kunnen we een mooie show opvoeren en dan kijken we niet te veel naar anderen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl