Rijk moet zich meer bemoeien met aardgasvrij wonen, zegt planbureau
Het is nog niet zo eenvoudig om wijken aardgasvrij te maken, maar het wordt makkelijker als het Rijk zich er meer mee gaat bemoeien. Dat is kort gezegd de conclusie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), in een rapport over een proef met aardgasvrije wijken.
Een aantal jaar geleden begon een project met 27 wijken door het hele land, die met subsidie van het gas kunnen. Dat gebeurde naar aanleiding van het Klimaatakkoord, waarin is afgesproken om in 2030 anderhalf miljoen aardgasvrije woningen te hebben.
Het Planbureau voor de Leefomgeving sprak in veertien wijken met bewoners en betrokkenen over de stand van zaken. Daarbij kwamen "structurele knelpunten" naar voren, zegt het planbureau. Meer bemoeienis van de landelijke overheid kan ervoor zorgen dat de problemen worden opgelost en dat het aardgasvrij maken sneller op stoom komt.
Grote verschillen
De praktijk bij aardgasvrij wonen blijkt weerbarstiger dan vooraf gedacht, vooral omdat veel maatwerk nodig is. "Zo lijkt een wijk of buurt vaak een eenheid, maar zijn er grote verschillen tussen woningen", aldus de PBL-onderzoekers, die werkten in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken.
"Daarnaast vragen verschillende warmteopties zoals restwarmte, geothermie, elektrisch of waterstof om andere maatregelen achter de voordeur", concludeert het PBL. Bovendien is het nog niet duidelijk welke daarvan het meest logisch zijn in de toekomst.
Ook tussen de bewoners zijn grote verschillen. Een oudere kan het bijvoorbeeld minder zien zitten om op zijn of haar hoge leeftijd nog allerlei aanpassingen aan het huis te laten doen. De 'maatwerkconclusie' past in het beeld dat een jaar geleden ook al naar voren kwam bij een eerdere evaluatie.
Te weinig ambtenaren
Toch liggen de grootste knelpunten "buiten de invloedssfeer van het initiatief in de wijk", zoals het planbureau het formuleert. De onderzoekers vinden dat de Rijksoverheid daarbij meer de kar moet trekken, omdat er nu veel op het bordje van gemeenten ligt.
"Die hebben daar geen extra mensen voor", zegt Marc Hanou van het planbureau in het NOS Radio 1 Journaal. "Dit is een nieuwe taak voor gemeenten. Ze moeten het doen met de bestaande ambtenaren en die hebben ook andere dingen te doen."
Twijfelende inwoners zouden volgens het planbureau sneller over de streep kunnen worden getrokken als het Rijk beter uitlegt wat de voordelen en noodzaak zijn van een overstap. Ook eenvoudiger wet - en regelgeving kan helpen om wijken sneller van het gas te krijgen.
Leren begint altijd langzaam
Het is volgens de onderzoekers niet alleen maar kommer en kwel. Er wordt wel degelijk veel geleerd in de proefwijken, bijvoorbeeld op het gebied van samenwerking en wat er wel en niet technisch mogelijk is. Nadeel is wel dat die ervaringen niet altijd eenvoudig zijn te gebruiken in andere buurten, juist vanwege dat maatwerk.
Maar bij het planbureau houden ze de moed erin. "Leren begint altijd langzaam", zegt Hanou. "Als je begint met gitaar spelen dan is alle begin moeilijk, maar na een tijdje kun je ineens een aantal liedjes achter elkaar spelen. Dat geldt ook hiervoor. De winst van dit onderzoek is dat we nu zien hoe ingewikkeld dit is, maar dat we wel leren hoe het sneller en efficiënter kan."