Bloemen genoot van Canadees natuurijs, maar is blij in Thialf te zijn
Het beeld is fraai, Ted-Jan Bloemen schaatsend op een meer, niet ver van Calgary. De lucht is helder, een prachtige winterdag. Maar Bloemen schaatst met een mondkapje op en dat verraadt het tijdsbeeld, hij rijdt er niet alleen uit luxe.
De deuren van de olympische hal in Calgary blijven de gehele winter gesloten, mede door de coronacrisis. Bovendien is de ijsmachine kapot. Bloemen en zijn collega's waren daarom gedwongen hun heil te zoeken op het natuurijs.
'Kon niet op techniek rijden'
Dit weekeinde maken de Canadezen hun rentree in het internationale circuit, als in Thialf de eerste van twee wereldbekerweekeinden wordt gehouden. Gewoon op kunstijs dus en dat schaatst een stuk makkelijker, merkte Bloemen. "Het is wel heel moeilijk geweest, want ik kon niet helemaal goed op techniek rijden."
"Ik ben ontzettend blij hier te zijn, het voelt zo lekker om weer op goed ijs te kunnen glijden en je techniek goed te kunnen gebruiken. Dat vind ik het mooiste aan schaatsen, met je techniek snelheid maken en vasthouden. Dat is echt een heel machtig gevoel."
Toch genoot Bloemen (34) ook van het natuurijs in de Canadese buitenlucht. "Het is mooi, terug naar de oorsprong en het levert prachtige plaatjes op."
"Het is ook leuk om je te realiseren hoe erg de schaatssport veranderd is de laatste dertig, veertig jaar. Het is veel meer een technische en tactische sport, op het slechte ijs moet je blijven afzetten en werken. De fysieke kwaliteiten zijn dan veel belangrijker."
Hoe meer goede schaatsers, hoe meer waarde een titel heeft.
Hoewel door het rijden op natuurijs zijn conditie behoorlijk op peil is gebracht, verwacht Bloemen nog niet in topvorm te zijn. Daarmee zit hij in hetzelfde schuitje als het merendeel van de Europese schaatsers, die ofwel weinig dagen op (overdekt) ijs konden staan of geen wedstrijdritme konden opdoen.
"Als je een optimale voorbereiding op papier zet, is het niet dit. Ik denk dat je er niet al te veel van mag verwachten. Maar misschien heb ik het wel weer snel onder de knie."
Bekijk hier het programma van komend weekeinde:
Afgelopen weekeinde tijdens de Europese kampioenschappen allround, bij de mannen met overmacht gewonnen door Patrick Roest, ontpopte de Zweed Nils van der Poel zich als kandidaat voor WK-medailles op de lange afstanden.
Van der Poel reed 12.42,80 op de tien kilometer, de derde tijd ooit gereden in Thialf, en is opeens een serieuze uitdager van Bloemen, regerend wereldkampioen op de vijf kilometer en olympisch kampioen op de tien kilometer.
"Hij reed eerder al heel snel, ik vond het vooral leuk om te zien hoe hij het deed. Toen hij in december die tijd in Inzell reed (een baanrecord van 12.46,91, red.), dachten wij: zo hé, dat is zeker een concurrent erbij."
Een titel met waarde
Bloemen is daar niet rouwig om. "Hoe meer hele goede schaatsers er zijn, hoe meer waarde het heeft als je een titel wint. Ik werd wereldkampioen nadat Sven Kramer een ongelofelijk goede vijf kilometer had neergezet, dan heeft zo'n titel echt waarde."
Bloemen heeft geen concurrentie van de wereldkampioen en wereldrecordhouder op de langste afstand. Graeme Fish besloot in Canada te blijven. "Hij heeft voor zichzelf de afweging gemaakt of hij het veilig genoeg vond en hij vond het idee (van de schaatsbubbel in Heerenveen, red.) niet waterdicht genoeg", zegt Bloemen. "Iedereen was vrij om die keuze te maken."
Mondkapje tijdens de training
Bloemen durfde het wel aan. "Voor mij was het heel belangrijk om weer connectie met het ijs te voelen. Ook voor mijn motivatie, ik zat er heel echt doorheen omdat ik niet kon schaatsen. Ik heb deze paar weken nodig om de zomer in te kunnen met nieuwe motivatie."
Bloemen heeft wel, net als op de bevroren meren, een mondkapje op tijdens de trainingen in Thialf. "We doen dat al het hele jaar en blijven het gewoon doen. Het is een beetje extra veiligheid voor onszelf."