België overweegt uitstel tweede inenting: 'Je neemt een risico'

Belgische wetenschappers onderzoeken of ze de tweede inenting tegen het coronavirus kunnen uitstellen, zodat meer mensen sneller een eerste dosis kunnen krijgen. De periode tussen het eerste en het tweede spuitje van het Pfizer/BioNTech- en het Moderna-vaccin is nu vastgesteld op drie weken, maar de Belgen overwegen om dat te verlengen naar bijvoorbeeld zes maanden.

De meeste coronavaccins, waaronder die van Pfizer en Moderna, werken pas optimaal bij twee inentingen. Zo is de werkzaamheid van het Pfizer-vaccin vastgesteld op 52 procent na de eerste prik en op 95 procent na een tweede vaccinatie.

In de huidige planning in België komen 65-plussers pas in mei aan de beurt voor een eerste prik, wat bij die groep tot enige ongerustheid leidde. Het land overweegt mede daarom een andere aanpak, zegt Pierre Van Damme tegen VRT Nieuws. Hij is een van de vaccinexperts in het coronateam dat de Belgische regering adviseert.

Sneller groepsimmuniteit

Volgens Van Damme heeft zo'n aanpak als voordeel dat er sneller groepsimmuniteit kan ontstaan, doordat je sneller minder mensen overhoudt die vatbaar zijn voor het virus. Het zou volgens VRT Nieuws in de praktijk kunnen betekenen dat alle Belgen al voor de zomer een eerste prik kunnen krijgen.

De Belgische regering zal snel een beslissing moeten nemen over de kwestie: vandaag is het land begonnen met vaccineren. Dat gebeurde om 11.00 uur in drie verzorgingshuizen. Het gaat om 450 doses van het vaccin van Pfizer/BioNTech. Die mensen zijn dus in principe over drie weken aan de beurt voor een tweede prik.

'Je neemt een risico'

Volgens een hoogleraar vaccinologie in Groningen, Anke Huckriede, is het uitstellen van de tweede Pfizer-prik een risicovolle stap waar ze zelf niet voor zou kiezen. "Er is niet bekend hoelang na een eerste inenting de bescherming aanhoudt", zegt Huckriede.

"We weten dat er wat bescherming optreedt, maar we weten niet hoelang die werkzaam zou zijn. In die zin neem je een risico dat mensen die je een eerste prik geeft, bijvoorbeeld na vier of vijf weken of drie maanden, weer net zo vatbaar zijn als toen ze niet waren ingeënt."

Ze legt uit dat er twee inentingen nodig zijn voor een goed immunologisch geheugen. "Om je over langere termijn te beschermen. Als je die tweede vaccinatie uitstelt, is dat effect van versterken van de eerste immuunreactie wellicht weg en moet je als het ware weer bij nul beginnen."

Een tweede inenting niet al te lang na de eerste is volgens haar dus nodig om voldoende bescherming op te bouwen, en om te zorgen dat die bescherming langer aanhoudt.