Parlementsverkiezingen in Venezuela, 'wie niet stemt, krijgt geen eten'
Venezuela kiest vandaag een nieuw parlement. De huidige volksvertegenwoordiging is het laatste institutionele bolwerk van de oppositie. President Nicolás Maduro hoopt met de omstreden stembusgang definitief af te rekenen met zijn grootste rivaal, oppositieleider Juan Guaidó. Die wordt door meer dan vijftig landen, waaronder Nederland, erkend als de enige legitieme president van het Zuid-Amerikaanse land.
Guaidó en de grote oppositiepartijen doen niet mee. "Dit zijn geen verkiezingen, het is fraude", zei Guaidó tijdens een bezoek aan een arme wijk van Caracas. Hij riep mensen op niet te gaan stemmen. Dat was overbodig: volgens onderzoeksbureau Datánalisis was zeventig procent van de Venezolanen toch al niet van plan hun stem uit te brengen.
Voedselpakketten
Het regime hoopt juist op een hoge opkomst, waardoor de legitimiteit van het nieuwe parlement zou worden vergroot. Diosdado Cabello, de nummer twee van het Maduro-regime, dreigde tijdens een campagnebijeenkomst zelfs met sancties voor mensen die thuisblijven. "Wie niet stemt, krijgt geen eten", zei hij. Een allesbehalve subtiele verwijzing naar de CLAP-voedselpakketten van de regering, waar veel Venezolanen van afhankelijk zijn.
Volgens Luis Vicente Leon, directeur van Datánalisis, steunt ongeveer 15 procent van de Venezolanen president Maduro, een deel van hen uit angst om werk en privileges, zoals de voedselpakketten, te verliezen.
De 65-jarige Miguel Angel Álvarez heeft daar geen last van. Hij krijgt niets van de regering. De voormalige autoschilder woont in een krotje langs de snelweg. "Ik krijg geen voedselpakket, geen pensioen, helemaal niks."
In deze video vertelt Álvarez hoe hij weet te overleven, evenals Roderick Tovar, die naar Peru emigreerde, maar nu door corona weer terug is in Venezuela:
Hij overleeft ternauwernood in het door hyperinflatie en recessie gesloopte land. "Kijk, dit is alles wat ik te eten heb", zegt hij, friemelend aan een plastic zak. Een zak meel, een stuk pompoen en wat rijst, daar moet Miguel Angel het de komende dagen mee doen. "Je moet tegenwoordig alles in dollars betalen. Vandaag kan je met een dollar nog een zak arepa-meel kopen, morgen is het te weinig. Een brood kost ook al een dollar, maar hoe kom ik daaraan? Ik heb geen inkomen, en dan vragen ze me om te betalen in dollars", klaagt hij.
De zestiger is helemaal op zichzelf aangewezen. "Niemand doet iets voor me. De oppositie heb ik hier nog nooit gezien, en de regering ook niet." Álvarez vertolkt een gevoel dat bij de meeste Venezolanen leeft. Volgens een peiling van Datánalisis moet meer dan zestig procent niets weten van de regering en ook niet van de oppositie.
De populariteit van Guaidó is ingestort. In februari vorig jaar, rond het hoogtepunt van de protesten tegen het regime van Maduro, viel hij in de smaak bij 77 procent van de Venezolanen. Uit de laatste peiling van Datánalisis bleek nog maar 27 procent hem te waarderen. Daarmee blijft Guaidó overigens wel de populairste politicus van het land.
Bondgenoten
Maar zijn positie is van alle kanten verzwakt. Guaidó is een president zonder echte macht. Binnen de eigen gelederen groeide de kritiek op zijn leiderschap. De parlementsverkiezingen wakkerden verdeeldheid aan over de vraag of de oppositie wel of niet moest meedoen aan de verkiezingen. En tot wanneer loopt zijn mandaat als interim-president en leider van de oppositie?
Maduro rook zijn kans. Hoewel hij de volksvertegenwoordiging al jaren negeert, was het opstandige parlement hem toch een doorn in het oog. Officieel moeten oliedeals worden goedgekeurd door het parlement. Vanaf 5 januari, als een nieuw en getemd parlement aantreedt, behoren die goedgekeurde oliedeals weer tot de mogelijkheden. Daarmee vergroot Maduro de legitimiteit van zijn regime in de ogen van zijn bondgenoten, landen als China, Rusland en Iran.
Maduro zit na de verkiezingen van vandaag weer een stukje steviger in het zadel.