Een miljoen ongebruikte coronatests: bewaren of nu actiever testen?
Een miljoen coronatests liggen nog op de plank in Nederlandse labs en bij leveranciers. De tests waren bedoeld om per 1 juni dagelijks iedereen met klachten te testen, maar er hebben zich veel minder mensen gemeld dan waarvan was uitgegaan.
De maximale capaciteit van 30.000 per dag is nooit gehaald. Van de 1,5 miljoen beschikbare tests zijn er nu zo'n half miljoen gebruikt.
Actiever testbeleid?
Meerdere deskundigen noemen het bestaan van een omvangrijke voorraad ongebruikte tests een goed moment voor het starten met een actiever testbeleid.
"Er zijn eigenlijk twee groepen die je gewoon actief wilt testen. De eerste is de groep mensen waar de gevolgen van besmetting het grootst zijn, zoals bij slachterijen of verpleeghuizen", zegt Frits Rosendaal, hoogleraar en hoofd klinisch epidemiologie in het LUMC.
"De andere groep is die waar de kans op het virus het grootst is. Dat geldt bijvoorbeeld voor de contacten van mensen die in beeld komen via bron- en contactonderzoek. Je weet immers dat de kans dat zij het virus hebben groter is dan bij willekeurige andere personen."
Zo'n test krijgen contacten van een besmet persoon nu niet automatisch. Ook voor hen geldt dat testen pas kan bij klachten. Wel moeten huisgenoten en nauwe contacten veertien dagen thuisblijven.
Testen na rioolwatermeting
"Je kan verder nog denken aan het testen van reizigers", zegt Rosendaal. "Die komen hierheen met vliegtuigen en verspreiden zich weer, en zijn mogelijk in regio's met veel besmettingen geweest, terwijl je ook niet weet waar ze heengaan."
Hans Heesterbeek, hoogleraar theoretische epidemiologie aan de Universiteit Utrecht ziet nog meer toepassingen. "Je kan ook routinematig gaan testen op plaatsen waar veel mensen bij elkaar komen en waar veel interactie is. Je kan ook mensen gaan testen die vanuit hun werk of bezigheden veel contacten met andere mensen hebben."
Hij noemt ook als optie om op grote schaal mensen te testen in gebieden waar monsters uit het riool- of afvalwater wijzen op verhoogde concentraties met het coronavirus. Heesterbeek pleit er wel voor om het actief testen eerst goed te onderzoeken. "Draagt actief testen wezenlijk bij aan de effectiviteit van het huidige beleid? En weegt dat dan op tegen de inspanning en de onbetrouwbaarheid?"
Arts-microbioloog Marc Bonten van het UMC Utrecht is geen voorstander van het actief testen van andere groepen. "We hoorden deze week dat maar 12 procent van de mensen met klachten zich ook daadwerkelijk laat testen. Dat zou eigenlijk 98 procent moeten zijn. Het heeft waarschijnlijk meer zin om betere naleving van de huidige afspraken na te streven dan de criteria voor testen te verruimen."
Ook andere microbiologen die de NOS heeft gesproken zijn voorstander van bewaren. Arts-microbioloog Bert Niesters van het lab van het UMC Groningen: "Over de datum raken ze niet snel en in het najaar verwachten we weer veel mensen met verkoudheidsklachten. Ik zou de tests bewaren voor als je ze weer echt nodig hebt."
Tot 100.000 per dag in het najaar
Het RIVM houdt er rekening mee dat er in het najaar 70.000 tot 100.000 tests per dag nodig zijn, omdat er dan veel meer mensen verkoudheidsklachten hebben. Het Landelijk Coördinatieteam Diagnostische Keten, dat in opdracht van het ministerie de testvoorraad coördineert, zegt dat er nog "onzekerheden" zijn over de levering van volgende testmaterialen in het najaar.
Om eventuele problemen dan voor te zijn, is aan laboratoria in Nederland al gevraagd om voor vier weken aan testmaterialen in te slaan. Met een garantie van het ministerie dat de tests uiteindelijk worden afgenomen, moeten de labs nu 28 dagen maal 30.000 tests hebben klaarliggen. Het coördinatieteam ziet dat aantal richting het najaar het liefst verder stijgen.
Onduidelijk rondom besmettelijkheid
Een aantal deskundigen betoogde onlangs in een artikel in het Nederlandse Tijdschrift voor Geneeskunde dat het testbeleid moet worden aangepast. "Niet wat kan, maar wat móet dient de ambitie te bepalen", schrijven de auteurs, onder wie emeritus hoogleraar vaccinatie en microbiologie Ben van der Zeijst.
De auteurs wijzen vooral op de onduidelijkheid rondom de mate van besmettelijkheid van mensen die nog net geen (pre-symptomatisch) of helemaal geen (a-symptomatisch) klachten hebben. Het bestaan van zulke gevallen zou er volgens de auteurs voor pleiten om ook mensen zonder klachten te testen.
Het RIVM erkent dat mensen met pre- en asymptomatische besmettingen het virus kunnen overdragen, maar stelt dat er op dit moment nog onvoldoende bewijzen zijn om de bestrijding van het virus op een andere manier in te richten. "Als je veel mensen gaat testen die het virus waarschijnlijk niet hebben, kan dat bijdragen aan een gevoel van schijnveiligheid. Bovendien is het een inefficiënt gebruik van testcapaciteit", aldus een woordvoerder.
Ook van het standaard testen van contacten van mensen die in beeld komen door bron-en contactonderzoek is het RIVM geen voorstander. Omdat de incubatietijd twee weken bedraagt, zullen contacten meerdere keren getest moeten worden. "Daar is de testcapaciteit niet op berekend en het is extra belastend voor de GGD die de tests moet afnemen."