Rechters Internationaal Strafhof blokkeren onderzoek oorlogsmisdaden Afghanistan
Er komt wat de rechters van het Internationaal Strafhof in Den Haag betreft geen onderzoek naar oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid die zijn begaan in de oorlog in Afghanistan.
Hoofdaanklager Fatou Bensouda had om zo'n onderzoek gevraagd, dat zich zou moeten uitstrekken over alle partijen die zijn betrokken bij de strijd in Afghanistan: het Afghaanse leger, de Taliban en andere strijdgroepen en ook de belangrijkste buitenlandse partij: de VS, die het land binnenviel in 2001 na de terroristische aanslagen van 11 september.
De rechters wijzen het verzoek af omdat ze denken dat het geen kans van slagen heeft. De betrokken partijen zullen niet meewerken, stellen ze in hun uitspraak. Ze zien liever dat het hof zijn beschikbare mensen en middelen richt op zaken die wel kansrijk zijn. De aanklager kan tegen het besluit in beroep gaan.
De Amerikanen, die sowieso fel gekant zijn tegen het Strafhof, zijn woest op Bensouda vanwege haar wens om eventuele misdragingen van Amerikaanse militairen en inlichtingendiensten te onderzoeken. Om die reden trokken ze vorige week haar visum voor de VS in, waar ze regelmatig moet zijn om verslag uit te brengen op het hoofdkantoor van de Verenigde Naties in New York.
Gevaarlijk precedent
Het Witte Huis toonde zich in een verklaring dan ook opgetogen over het besluit van de rechters om geen onderzoek toe te staan en spreekt van "een belangrijke internationale overwinning, niet alleen voor deze patriotten, maar ook voor het recht".
Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch daarentegen noemt het besluit "een klap voor slachtoffers van ernstige misdaden" en vreest een gevaarlijk precedent, dat daders het idee zal geven dat ze wegkomen met hun oorlogsmisdaden door simpelweg niet mee te werken met internationaal juridisch onderzoek.
Doelgerichte liquidaties
In haar onderbouwing van het verzoek om onderzoek te mogen doen in Afghanistan stelt Bensouda dat Amerikaanse militairen en leden van inlichtingendiensten zich in het land schuldig hebben gemaakt aan marteling, wrede behandeling, verkrachting en seksueel misbruik van gevangenen, met name in de jaren 2003 en 2004.
De Taliban en andere strijdgroepen stelt ze verantwoordelijk voor de dood van ruim 17.000 burgers sinds 2009. In zo'n 7000 gevallen zou het gaan om doelgerichte liquidaties. Afghaanse ordetroepen hebben volgens haar ook gevangenen gemarteld.
Haar voorganger Luis Moreno Ocampo stelde in 2006 al een onderzoek in naar mogelijke oorlogsmisdaden in Afghanistan, waarbij hij het ook had voorzien op de behandeling van gevangenen door de Amerikanen. Bensouda nam het in 2010 van hem over, maar diende pas in 2017 een officieel verzoek in om in Afghanistan aan de slag te mogen gaan.