Braziliaanse ex-agenten opgepakt voor moord op zwarte politica
Bijna een jaar na de geruchtmakende moord op gemeenteraadslid Marielle Franco en haar chauffeur, heeft de Braziliaanse politie in Rio de Janeiro twee verdachten opgepakt. Het gaat om oud-politiemannen: de een zou hebben geschoten, de ander was volgens justitie chauffeur.
Ook nam de politie een recordaantal vuurwapens in beslag: 117 gloednieuwe M-16's. Die lagen in de woning van een vriend van een van de verdachten. Het is de grootste wapenvondst uit de geschiedenis van Rio de Janeiro.
De arrestaties lijken een doorbraak in de zaak waarin al bijna een jaar lang nauwelijks vooruitgang zat.
Op 14 maart 2018 werden de linkse politica Marielle Franco en haar chauffeur Anderson Gomes doodgeschoten. De moord maakte veel los: duizenden Brazilianen gingen de straat op om te protesteren.
Een van de verdachten is Ronnie Lessa, een oud sergeant van de politie. Hij zou de schutter zijn geweest. Lessa werd ooit onderscheiden voor zijn inzet bij de politie. Tien jaar geleden verloor hij een been bij een aanslag. En vorig jaar overleefde hij opnieuw een moordaanslag. De andere verdachte, Élcio Queiroz, was ook politieman, maar werd ontslagen. Queiroz zou de auto van waaruit werd geschoten, hebben bestuurd.
Icoon van links
Marielle Franco, in Brazilië vooral bekend onder haar voornaam, was een icoon van links in Rio. De zwarte, openlijk biseksuele alleenstaande moeder was geboren en getogen in een van de favela's van de stad. Ze wierp zich op als voorvechtster van zwarte vrouwen en favelabewoners. Marielle had ook regelmatig kritiek op het harde optreden van de Braziliaanse politie in de sloppenwijken van de grote steden. In 2017 werd ze gemeenteraadslid voor de socialistische partij PSOL.
Volgens het Openbaar Ministerie handelden de verdachten deels uit politieke motieven. Ze zouden een bloedhekel hebben aan linkse politici. De twee bereidden de aanslag maandenlang voor. Het was een 'haatmoord', liet hoofdonderzoeker Giniton Lages weten tijdens een persconferentie naar aanleiding van de arrestaties. Maar of de twee op eigen houtje opereerden, of dat ze in opdracht handelden, is onduidelijk. "We zijn nog lang niet klaar", zei Lages. "Dit was pas de eerste fase in ons onderzoek".
Voor de politieke mentor van Marielle Franco, het federale parlementslid Marcelo Freixo van de socialistische PSOL-partij, is het uitgesloten dat het een 'haatmoord' was. "Die uitleg slaat nergens op", zei Freixo tegen Braziliaanse media. "We moeten uitzoeken wie de opdracht gaf, wie er belang bij had".
Ook president Bolsonaro, tijdens de verkiezingscampagne van vorig jaar zelf slachtoffer van een aanslag op zijn leven, zei te hopen dat de eventuele opdrachtgevers voor de moord op Marielle snel worden gepakt.
Foto met president
De uiterst-rechtse president werd door Braziliaanse journalisten aan de tand gevoeld over de verdachten. Een van hen, Élcio Queiroz, ging met Bolsonaro op de foto. "Ik sta met duizenden agenten op de foto, met duizenden Brazilianen", reageerde die. De andere verdachte, Ronnie Lessa, was een buurman van de president: ze woonden in hetzelfde appartementencomplex in Rio de Janeiro. Een van de zonen van de president, Carlos, zou volgens Braziliaanse media zelfs verkering hebben gehad met de dochter van Lessa. "Dat de verdachte in hetzelfde appartementencomplex woonde zegt niet zoveel", liet hoofdonderzoeker Lages weten. "Het heeft weinig te maken met ons onderzoek naar de moord op Marielle Franco".
Veel vragen
Er blijven nog veel vragen open. De rol van de beruchte milities, bijvoorbeeld. Milities zijn criminele organisaties van al dan niet actieve politiemensen, militairen en brandweermannen. Die maken de dienst uit in grote delen van de stad.
Eerder dit jaar arresteerde de Braziliaanse politie enkele leden van zo'n militie in Rio, bekend als 'Escritório do Crime', het 'Misdaadkantoor'. Die organisatie werd in verband gebracht met de moord op Marielle.
Ook toen werd de familie Bolsonaro indirect in verband gebracht met enkele verdachten. De moeder en echtgenote van een van de leiders van dat 'Misdaadkantoor' bleken tot eind vorig jaar in dienst te zijn geweest van Flavio Bolsonaro, destijds lid van het parlement van de deelstaat Rio de Janeiro, en zoon van de president. Flavio Bolsonaro ontkent op de hoogte te zijn geweest van de achtergrond van de twee vrouwen en zegt dat een naaste medewerker hen in dienst nam.
Of de twee verdachten die nu zijn opgepakt ook banden hebben met de militie, is onbekend.