Politie wil dat agenten niet meer worden vervolgd voor doodslag
Remco Andringa en Henrik-Willem Hofs
Remco Andringa en Henrik-Willem Hofs
De politie pleit voor betere bescherming van agenten die tijdens hun werk geweld hebben gebruikt. Ze zouden een aparte status in de wet moeten krijgen met een lagere maximumstraf.
Daarmee steunt de politie een kabinetsplan, dat na de zomer in de Tweede Kamer wordt besproken. In 2016 diende toenmalig minister Van der Steur van Veiligheid en Justitie een voorstel in om agenten na een geweldsincident niet meer standaard als verdachte aan te merken.
Aanleiding was de veroordeling van een agent in Limburg, die op een auto schoot en een passagier zwaar verwondde. Datzelfde jaar zorgde de hardhandige arrestatie van Mitch Henriquez in Den Haag voor veel onrust.
Nu wordt een agent die betrokken is bij geweld met een dodelijke afloop volgens de politie vaak vervolgd voor doodslag, waar maximaal vijftien jaar gevangenisstraf op staat. Het kabinet wil dat voor agenten een nieuwe bepaling in de wet komt: het schenden van de ambtsinstructie. Daarop komt dan maximaal drie jaar cel te staan.
Agenten zijn geen cowboys die 's ochtends verzinnen wie ze nu weer te grazen zullen nemen.
Volgens Frank Paauw, politiechef in Rotterdam, betekent dat niet dat agenten makkelijker weg kunnen komen met geweld. "Alle onderzoeken die nu in gang worden gezet, blijven gewoon bestaan. Ook kan het Openbaar Ministerie nog steeds agenten vervolgen. Maar politiemensen moeten wel anders behandeld worden omdat ze gevraagd zijn om indien nodig geweld te gebruiken namens de samenleving."
Paauw vindt het van belang dat er grondig onderzoek wordt gedaan naar incidenten waarbij slachtoffers zijn gevallen. Maar hij wijst er wel op dat de politie niet zomaar geweld gebruikt. "Agenten zijn geen cowboys die 's ochtends verzinnen wie ze nu weer te grazen zullen nemen." Volgens Paauw is er soms te weinig aandacht voor de positie van de politieman of -vrouw.
Blauwe kamer
De onderzoeken van de Rijksrecherche en de vervolging door het Openbaar Ministerie duren vaak te lang, vindt de politiechef. Ook kunnen nabestaanden nog om vervolging vragen via een artikel-12-procedure. Dat kan zelfs jaren na het incident nog. "Zo'n traject heeft grote impact op een agent die lange tijd in onzekerheid leeft. Daarnaast kan het ook zo zijn dat iemand geen hypotheek of een visum kan krijgen zolang het onderzoek niet is afgerond."
Paauw is ook voorstander van een 'blauwe kamer', een gespecialiseerde rechtbank waar alle zaken rond politiegeweld worden behandeld. "Nu hebben redelijk gelijke zaken soms totaal verschillende uitkomsten", zegt hij.
Advocaat Richard Korver, die onder meer nabestaanden bijstaat in de zaak van Mitch Henriquez, vindt dat een verkeerd signaal uitgaat van een lagere maximumstraf voor agenten.
"We hebben de afgelopen jaren zaken gezien waarbij agenten echt over de schreef zijn gegaan", zegt hij. "Zij zouden juist méér straf moeten krijgen dan gewone burgers in plaats van minder, omdat ze een voorbeeldfunctie hebben. De politie is belast met het uitoefenen van geweld en dan mag je extra zorgvuldigheid verwachten."
Korver is bang dat lagere straffen leiden tot meer geweld door de politie. "Ik denk dat we er heel blij mee moeten zijn dat in ons land niet snel naar het vuurwapen wordt gegrepen. Dat kan anders worden als je maximaal drie jaar kunt krijgen in plaats van vijftien."
Beter opleiden
In plaats van de wet te veranderen, zouden agenten beter opgeleid moeten worden, zegt Korver. "De politie klaagt bijvoorbeeld steen en been dat agenten niet goed toegerust zijn op het aanhouden van verwarde personen. Dan moet je ze niet tegemoet komen met lagere straffen, maar beter opleiden."
Strafrechtadvocaat Maarten de Klerk is ook kritisch. Hij spreekt in het NOS Radio 1 Journaal van een oplossing voor een probleem dat er niet is. Volgens hem hebben agenten al een aparte status, omdat ze met speciale bevoegdheden opereren onder moeilijke omstandigheden. Als een agent verdachte is, krijgt hij extra gespecialiseerde advocaten om hem bij te staan. En rechters oordelen al "heel genuanceerd" over incidenten waar politiemensen bij betrokken zijn.
De Raad voor de Rechtspraak, de overkoepelende organisatie van rechters, noemde het wetsvoorstel eerder vooral symboolpolitiek.