Rutte geeft gesprekken over dividendbelasting toe, maar zonder namen
Premier Rutte wil niet openbaar maken met welke bedrijven hij heeft gesproken over de afschaffing van de dividendbelasting en het vestigingsklimaat in Nederland. Hij erkent wel dat hij met meerdere bedrijven heeft gesproken.
Rutte schrijft in zijn brief aan de Tweede Kamer: "Zeker hebben bedrijven en hun belangenbehartigers hierover ook contact gezocht. Hun pleidooi voor afschaffing van de dividendbelasting is al jaren oud."
Maar om welke bedrijven het gaat, wil hij nog steeds niet zeggen. Hij vindt dat bedrijven moeten kunnen rekenen op de vertrouwelijkheid van dergelijke gesprekken en dat het niet aan hem is om ze te noemen.
Als bedrijven of organisaties daar zelf voor kiezen, zoals Shell en VNO-NCW, dan is dat aan hen, zegt hij. Hij vindt dit soort achtergrondgesprekken horen bij zijn werk.
"Ik zie het als onderdeel van mijn werk als minister-president om de gesprekken over het Nederlandse vestigingsklimaat ook met het bedrijfsleven te voeren, net zoals ik bijvoorbeeld ook met sociale partners over ons arbeidsmarktbeleid spreek en met agenten over de veiligheid in Nederland."
Verlies van werkgelegenheid
Rutte staat nog steeds achter zijn keuze en die van de coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en CU om de dividendbelasting in 2019 af te schaffen. Zijn argument daarbij is dat de partijen geen verlies van werkgelegenheid willen door het vertrek van grote internationale ondernemingen.
"Multinationals zorgen voor 40 procent van de banen in het Nederlandse bedrijfsleven. Het is onze politieke verantwoordelijkheid hier zorgvuldig mee om te gaan", zegt hij.
Volgende week wil de Tweede Kamer met Rutte in debat. Aanleiding is het bericht dat een aantal multinationals de formerende partijen onder druk heeft gezet. Bedrijven als Shell en Unilever zouden overwegen om hun hoofdkantoor uit Nederland terug te trekken.