Grote beleggers: bescherm Nederlandse bedrijven niet te veel
Grote institutionele beleggers, zoals pensioenfondsen, vinden dat er geen rol is weggelegd voor de overheid in de biedingenstrijd rond Nederlandse bedrijven. De vereniging van institutionele beleggers, Eumedion, zegt dat naar aanleiding van de recente pogingen Unilever en AkzoNobel over te nemen.
Een eenmalige, tijdelijke beschermingswal kan nuttig zijn om het bestuur van een bedrijf de tijd te geven goed te reageren, maar die moet het bedrijf zelf optuigen, schrijft Eumedion in een verklaring.
De afgelopen weken bleek dat twee ondernemingen met een lange historie in Nederland, Unilever en AkzoNobel, in het vizier zijn geraakt van Amerikaanse branchegenoten. Unilever heeft de overnamepoging door het Amerikaanse Kraft Heinz weten af te slaan. AkzoNobel heeft gisteren een tweede bod van de Amerikaanse concurrent PPG afgewezen.
Verschillende politici, onder wie minister Dijsselbloem van Financiën, spraken hun zorgen uit over de ontwikkeling en vroegen zich af of bedrijven niet beter wettelijk beschermd moeten worden tegen vijandige overnames.
Vitaal belang
Op dit moment bereidt minister Kamp van Economische Zaken een wet voor die gaat over de bescherming van bedrijven in de telecomsector. Dat gebeurt naar aanleiding van de mislukte overname van KPN door het Mexicaanse telecombedrijf América Móvil in 2013.
Wat Eumedion betreft blijft het bij die wet. "Alleen bij ondernemingen die van vitaal belang zijn voor het functioneren van de Nederlandse samenleving ligt een rol voor de overheid voor de hand."
De belangenorganisatie pleit voor het instellen van een speciale overheidscommissie die, naar Amerikaans voorbeeld, buitenlandse overnames kan tegenhouden. Maar een veto van zo'n commissie is alleen toegestaan als een overname een bedreiging vormt voor de nationale veiligheid of het openbare belang.