Forse toename van afpersing met naaktfoto's via internet
Het meldpunt voor online misbruik van kinderen en jongeren Help Wanted heeft afgelopen jaar flink meer meldingen binnengekregen van sextortion. Dat is online afpersing met naaktfoto's of -video's. Het aantal steeg van 721 in 2015 naar 851 in 2016, een stijging van bijna 20 procent.
De helft van de meldingen kwam van jongeren tussen de 8 en de 25 jaar. "Wat je ziet is dat jongeren meer risico's nemen. Daar ben je ook puber voor, je hoort dan fouten te maken", zegt Maaike Pekelharing van Help Wanted. "Ook al weten ze dat ze het niet moeten doen, ze laten zich toch meeslepen in het moment."
Amanda Todd
De cijfers komen op dezelfde dag dat de zaak tegen Aydin C. van start is gegaan in Amsterdam. Hij wordt ervan verdacht tientallen meisjes van over de hele wereld via internet te hebben gechanteerd om seksvideo's op te nemen.
De bekendste van hen is Amanda Todd, een Canadese tiener die in 2012 zelfmoord pleegde. Alles bij elkaar wordt C. verdacht van 72 verschillende feiten, waaronder het maken, bezitten en verspreiden van kinderporno van in totaal 34 minderjarigen.
Volwassen slachtoffers
Ook al is het meldpunt gericht op minderjarigen, bijna de helft van de meldingen kwam van volwassenen die gechanteerd worden via internet met naaktbeelden. Het gaat dan vooral om mannen die via Facebook zijn benaderd door aantrekkelijke vrouwen die opnames maken via de webcam.
Als de dader vervolgens dreigt met het verspreiden van de intieme beelden op Facebook als er niet betaald wordt, "belt het slachtoffer in totale paniek met het meldpunt", zegt Pekelharing. Ze probeert de slachtoffers door te verwijzen naar de politie.
Advies
Volgens het meldpunt is het belangrijk om al het contact met de afperser te verbreken en aangifte te doen. Als de beelden verspreid zijn, adviseert het meldpunt om de foto's of video's op te sporen, screenshots te maken als bewijs en de websites te benaderen om het materiaal te laten verwijderen.
Ouders kunnen volgens Pekelharing ook een grote rol vervullen als kinderen in de problemen komen op internet. "Ouders moeten veel praten over het online leven van kinderen en ervoor zorgen dat ze daarbij betrokken zijn. Dan voelen kinderen zich veiliger om het te bespreken als het misgaat."