Eén na laatste brug naar Mosul kapotgeschoten
Bij luchtaanvallen is een vierde brug over de Tigris in de Noord-Iraakse stad Mosul vernietigd. Daardoor heeft Islamitische Staat, de terreurgroep die de stad beheerst, nog maar één brug om zich te bevoorraden. De brug werd kapotgeschoten door de coalitie onder leiding van de Verenigde Staten die IS bestrijdt.
Irak en de coalitietroepen begonnen op 17 oktober aan een offensief om Mosul op de terreurorganisatie te heroveren. Mosul is het laatste grote bolwerk van IS in Irak. In het oosten van de stad wordt hevig gevochten. Iraakse grondtroepen rukken langzaam op naar het centrum van de stad. Ze vechten met artillerie, mortieren en automatische wapens. IS gebruikt autobommen en sluipschutters om de opmars tegen te houden.
Volgens het Observatorium voor de Mensenrechten, dat vanuit Engeland opereert en gebruikmaakt van lokale bronnen, gebruikt IS burgers als menselijk schild en vertraagt dat de opmars van de Iraakse grondtroepen. Veel burgers in de frontlinie vluchten naar opvangcentra die hiervoor zijn opgericht. In de stad wonen nog zo'n één miljoen mensen.
Gisteren maakte de VN bekend dat meer dan 68.000 inwoners Mosul zijn ontvlucht.
Tal Afar
Ten westen van Mosul, bij de plaats Tal Afar, is een front tegen IS gevormd door sjiitische paramilitaire strijders, die door Iran worden gesteund, en Koerdische pershmerga-strijders. Zij proberen de 60 kilometer lange weg tussen Tal Afar en Mosul te veroveren op strijders van IS.
Zo'n 3000 burgers zijn Tal Afar ontvlucht, ongeveer de helft naar het zuidwesten, richting Syrië, en de andere helft naar het noorden, naar gebied dat in handen is van Koerden. IS staat inwoners van Tal Afar sinds zondagavond toe voor het oorlogsgeweld te vluchten.