Politie vindt gestolen Van Goghs bij maffia in Italië
Twee gestolen schilderijen van Van Gogh zijn na veertien jaar teruggevonden in Italië. Ze zijn in redelijk goede conditie aangetroffen tijdens een politie-onderzoek naar de maffia.
Het gaat om de werken Zeegezicht bij Scheveningen uit 1882 en Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen uit 1884/1885. Zij zijn naar schatting miljoenen euro's waard.
Pompeï
De schilderijen zijn gevonden in een huis in Castellammare di Stabia, niet ver van Pompeï. Daar zouden ze zijn verstopt door de top van de Napolitaanse maffia.
Bij de huiszoeking heeft de politie voor tientallen miljoenen aan goederen in beslag genomen.
Diefstal
De schilderijen werden in 2002 gestolen uit het Van Gogh Museum in Amsterdam. De dieven klommen 's ochtends vroeg met een ladder naar de eerste verdieping van het museum. Daar sloegen ze met een moker een ruit in en klommen erdoor naar binnen.
In 2004 zijn twee mannen veroordeeld voor de diefstal. Zij kregen 4,5 en 4 jaar cel. De doeken waren tot nu toe spoorloos, hoewel de Italiaanse politie wel langer het idee had dat ze in handen waren van de Camorra, een maffia-organisatie uit de omgeving van Napels.
De lijsten van de schilderijen zijn verdwenen, maar ze verkeren verder in relatief goede staat. Zeegezicht bij Scheveningen is beschadigd aan de linkerhoek. De verf is afgebroken op een oppervlakte van 5 bij 2 centimeter. Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen lijkt ongeschonden, op wat kleine beschadigingen aan de doekranden na.
Een restaurator gaat grondig onderzoeken wat de precieze conditie is van de werken. Daarna kunnen ze worden hersteld.
Waarde
Volgens het Van Gogh Museum is de kunsthistorische waarde van de schilderijen groot. Zo is Zeegezicht bij Scheveningen het enige schilderij in de collectie van het museum uit de Haagse periode van Van Gogh (1881-1883).
Van Gogh schilderde maar twee zeegezichten in zijn tijd in Nederland. Daarnaast is het een belangrijk voorbeeld van Van Goghs vroegste schilderstijl.
Rouw
Van Gogh schilderde Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen begin 1884 voor zijn moeder. Op het schilderij is de kerk te zien waar zijn vader predikant was.
In 1885, na de dood van zijn vader, paste Van Gogh het werk iets aan. Hij voegde kerkgangers toe op de voorgrond, waaronder vrouwen met een omslagdoek die gedragen werd in tijden van rouw. Mogelijk zijn zij een verwijzing naar de dood van zijn vader. Daardoor heeft het schilderij een grote emotionele waarde, zegt het museum.
Daarnaast is Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen het enige schilderij van het Van Gogh Museum dat is voorzien van het originele spieraam. Dat spieraam zit vol met verfresten, waarschijnlijk omdat Van Gogh zijn kwasten erop schoonmaakte.
Blij
Directeur Rüger van het Van Gogh Museum is erg blij met de vondst. "Ze zijn terecht!", zegt hij. "Dat ik dat ooit nog zou kunnen zeggen, daar durfde ik niet meer op te hopen. Wanneer de werken terug kunnen naar Amsterdam is nog onduidelijk. Maar ik ga ervan uit dat we mogen rekenen, ook nu, op de onvoorwaardelijke steun van de Italiaanse autoriteiten."
De Italiaanse premier Renzi dankt de politie in een tweet voor het terugvinden van de schilderijen. Hij zegt trots te zijn op de ordehandhavers in zijn land:
