Kamer wil opheldering over inzet F-16's Syrië
Kamerleden die op werkbezoek zijn geweest in het Midden-Oosten willen opheldering over de beperkte inzet van Nederlandse F-16's boven Syrië. Ze willen onder meer van minister Hennis weten of van tevoren al duidelijk was dat de F-16's de communicatieapparatuur missen om boven Syrië te worden ingezet.
De Kamerleden van de commissie Buitenlandse Zaken zijn afgelopen dagen op bezoek geweest bij Nederlandse militairen in onder meer Noord-Irak. Daar werd ze verteld dat de F-16's amper boven Syrië vliegen. PvdA-Kamerlid Servaes vindt dat "een bizarre bevinding" en "buitengewoon opmerkelijk".
De Tweede Kamer heeft maanden gesproken over de uitbreiding van de Nederlandse bijdrage aan de missie tegen IS naar Syrië. Voor regeringspartij PvdA was het een lastige kwestie. Maar volgens Servaes behoren besluiten over missies voor Kamerleden sowieso tot de zwaarste van hun politieke carrière.
Verontwaardigd
Het ministerie van Defensie zegt dat Nederlandse F-16's niet zijn beperkt in het uitvoeren van luchtaanvallen op Syrië, maar dat de Nederlandse luchtsteun nauwelijks nodig is. Servaes zegt dat "een raar verhaal" te vinden. "We hebben zoveel debatten over Syrië gehad. Waarom wisten we dit niet? En wist het ministerie dit wel?"
Ook andere Kamerleden waren onaangenaam verrast door de informatie over de geringe inzet boven Syrië. Sjoerdsma van D66 sprak al van een domper. Voordewind van de ChristenUnie zei dat er nooit over ontbrekende apparatuur is gesproken. "De hele delegatie was verontwaardigd toen we het hoorden."
In het Nederlands Dagblad zegt VVD'er Ten Broeke dat hij een zeker gevoel van gêne niet kon onderdrukken. "Zeker nadat ik zo heb aangedrongen op Nederlandse deelname."
Tijdens de vlucht naar huis hebben de leden van de commissie Buitenlandse Zaken besloten om gezamenlijk opheldering te vragen.