Vredesverdrag in Zuid-Sudan: vijf vragen
De strijdende partijen in Zuid-Sudan hebben een vredesakkoord getekend. Dat moet een eind maken aan 18 maanden burgeroorlog. Volgens een team deskundigen van de VN is die strijd gruwelijker dan ooit. Mensen worden levend in hun huizen verbrand of dagenlang opgejaagd in moerassen. De regering en rebellen tekenden al een paar keer eerder wapenstilstanden. Maar nooit hielden ze zich eraan.
De omvang en aard van de wreedheden tegen burgers wijzen op een diepe haat die veel verder gaat dan politieke geschillen.
Wat is Zuid-Sudan?
Zuid-Sudan is het jongste land van de wereld, met veel olie en koeien - bronnen van grote en kleine conflicten. De christelijke inwoners van het zuiden van Sudan vochten jarenlang tegen de Arabische machthebbers in het noorden. In 2011 vierden ze feest, hun droom van onafhankelijkheid was uitgekomen. Maar twee jaar later brak er een burgeroorlog uit, die duurt tot de dag van vandaag. Vrouwen worden verkracht, kinderen ontvoerd, dorpen platgebrand. Meer dan 2 miljoen mensen zijn gevlucht. Zuid-Sudan is nog steeds een van de armste landen ter wereld. De infrastructuur is er slecht, er zijn bijvoorbeeld nauwelijks asfaltwegen.
Wie vechten tegen wie?
De strijd gaat tussen president Salva Kiir en rebellenleider Riek Machar. Na de onafhankelijkheid werkten ze aanvankelijk samen: Machar was vice-president. Maar in juli 2013 ontsloeg president Kiir hem, omdat zijn tweede man een coup zou hebben willen plegen. Eeuwenoude stammentwisten liepen hierdoor weer hoog op. Kiir is een Dinka, de grootste etnische groep, en Machar is een Nuer, de tweede grootste groep. Beide kampen plegen massale slachtpartijen. Daarnaast liggen ook andere stammen vaak met elkaar overhoop, dan gaat het meestal om diefstal van vee.
Kennen de Zuid-Sudanezen vrede?
Nauwelijks. Het land is overspoeld met wapens. Vele generaties zijn opgegroeid met oorlog. De eerste burgeroorlog tussen de zuidelijke rebellen en noordelijke machthebbers in Sudan duurde van 1955 tot 1971, de tweede nog langer: van 1983 tot 2005. Onderling vochten de rebellen ook vaak tegen elkaar en waren er allerlei afsplitsingen. En dat begon dus opnieuw na de onafhankelijkheid in 2011. De maatschappij van het nieuwe Zuid-Sudan is volledig gemilitariseerd: de meeste politici en bestuurders zijn ex-rebellen.
Wat wordt eraan gedaan?
Een bemiddelingsteam uit verschillende landen, Igad-plus geheten, heeft een vredesakkoord weten te bereiken. Volgens dit akkoord moeten de rivalen de macht weer gaan delen en moet Machar opnieuw worden geïnstalleerd als vice-president. Sommige betrokken buurlanden spelen echter een dubbelrol: Uganda helpt de regeringstroepen van president Kiir en Sudan zou wapens en logistieke steun leveren aan Machar. Op de achtergrond oefenen de Verenigde Staten veel druk uit. Van oudsher zijn (christelijke) Amerikanen zeer begaan met Zuid-Sudan. De Amerikanen hebben een VN-resolutie voorgesteld, met een wapenembargo tegen Zuid-Sudan als de partijen zich niet aan de afspraken houden. De VN heeft 7500 blauwhelmen in het land.
Hoe groot is de kans dat het nu wel lukt?
De geschiedenis biedt weinig hoop. De afgelopen twee jaar is er meerdere keren een staakt-het-vuren afgesproken. Telkens weer werd het snel geschonden. Ook nu zijn beide partijen niet onverdeeld gelukkig met het akkoord. De regering is niet blij met de komst van een neutrale militaire macht die de hoofdstad Juba moet beschermen. En met het feit dat de rebellen in feite de controle krijgen over drie olierijke provincies. De rebellenbeweging op zijn beurt wil dat Zuid-Sudan een federatie wordt. Zorgwekkend is bovendien dat enkele generaals zich onlangs hebben afgesplitst van de rebellengroep van Machar. Zij waren tegen het vredesakkoord. Wat gaan zij nu doen?